Einde inhoudsopgave
Regeling aanvraag- en veilingprocedure digitale radio-omroep DAB laag 6
Artikel 19 Verboden gedragingen
Geldend
Geldend vanaf 20-06-2024
- Bronpublicatie:
07-06-2024, Stcrt. 2024, 18624 (uitgifte: 19-06-2024, regelingnummer: WJZ/ 46102628)
- Inwerkingtreding
20-06-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
07-06-2024, Stcrt. 2024, 18624 (uitgifte: 19-06-2024, regelingnummer: WJZ/ 46102628)
- Vakgebied(en)
Informatierecht / Telecommunicatie
Informatierecht / Media
1.
Een aanvrager, inbegrepen diegene die een aanvrager ten behoeve van de veiling bijstaat of een met de aanvrager verbonden rechtspersoon:
- a.
onthoudt zich van afspraken of onderling afgestemde feitelijke gedragingen die afbreuk doen of kunnen doen aan een goed verloop van de veiling, de mededinging in het kader van de veilingprocedure daaronder begrepen;
- b.
maakt tot de mededeling, bedoeld in artikel 29, eerste lid, is gedaan geen informatie openbaar, verspreidt geen informatie en doet geen informatie verspreiden aan derden met betrekking tot diens strategie, budget, gewenste of verkregen hoeveelheid, soort of combinatie van vergunningen, en verwachte of te betalen prijzen in de veiling.
2.
Een aanvrager, inbegrepen diegene die een aanvrager ten behoeve van de veiling bijstaat of een met de aanvrager verbonden rechtspersoon, maakt voorafgaand aan en gedurende de veilingprocedure tot de mededeling, als bedoeld in artikel 29, eerste lid, informatie over het al dan niet deelnemen aan de veiling en de indiening van de aanvraag daartoe, onmiddellijk volledig openbaar, zodra deze door hem aan een of meer derden bekend is gemaakt.
3.
De minister kan de veiling beëindigen of opschorten indien naar zijn oordeel sprake is van afspraken, gedragingen of informatieverstrekking die in strijd zijn met het eerste of tweede lid.