Einde inhoudsopgave
Gerechtsdeurwaarderswet
Artikel 52 [Ontslag]
Geldend
Geldend vanaf 01-07-2016
- Bronpublicatie:
17-02-2016, Stb. 2016, 93 (uitgifte: 07-03-2016, kamerstukken: 34047)
- Inwerkingtreding
01-07-2016
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
29-03-2016, Stb. 2016, 132 (uitgifte: 06-04-2016, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Juridische beroepen / Gerechtsdeurwaarder
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
1.
De gerechtsdeurwaarder is met ingang van de eerstvolgende maand na het bereiken van de leeftijd van zeventig jaar van rechtswege ontslagen.
2.
De gerechtsdeurwaarder wordt bij koninklijk besluit ontslag verleend:
- a.
op zijn verzoek;
- b.
op een onherroepelijk geworden beslissing tot ontzetting uit het ambt als bedoeld in artikel 43, tweede lid, onderdeel f;
- c.
indien hij niet langer de Nederlandse nationaliteit bezit, of de nationaliteit van een andere lidstaat van de Europese Unie, van een overige staat die partij is bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte of van de Zwitserse Bondsstaat.
3.
De gerechtsdeurwaarder kan ontslag worden verleend bij besluit van Onze Minister op grond van:
- a.
een onherroepelijk geworden rechterlijke uitspraak, waarbij hij onder curatele is gesteld;
- b.
het ondergaan van lijfsdwang wegens schulden krachtens onherroepelijk geworden rechterlijke uitspraak;
- c.
een onherroepelijk geworden veroordeling tot vrijheidsstraf wegens misdrijf;
- d.
faillissement, surséance van betaling of toepassing van de schuldsaneringsregeling natuurlijke personen.
- e.
blijvende ongeschiktheid voor de vervulling van het ambt van gerechtsdeurwaarder, uit hoofde van ziekte of gebreken.
4.
Het ontslag van een gerechtsdeurwaarder houdt tevens zijn ontslag in als waarnemend gerechtsdeurwaarder.