NJB 2019/17
Samenloopregeling, art. 57 en 63 Sr: onjuist is de opvatting dat art. 63 Sr de rechter niet verplicht toepassing te geven aan de samenloopregeling van art. 57 Sr in het geval dat de verdachte, nadat hem een levenslange gevangenisstraf is opgelegd maar de desbetreffende uitspraak (nog) niet in kracht van gewijsde is gegaan, schuldig wordt verklaard aan een misdrijf of een overtreding voor die strafoplegging begaan. Voor de toepassing van art. 63 Sr is niet van belang of de eerdere veroordeling in kracht van gewijsde is gegaan. Evenmin is de toepassing van art. 63 Sr daarvan afhankelijk of bij de eerdere veroordeling een tijdelijke dan wel een levenslange gevangenisstraf is opgelegd
HR 04-12-2018, ECLI:NL:HR:2018:2248
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
4 december 2018
- Magistraten
Mrs. J. de Hullu, A.J.A. van Dorst en M.J. Borgers
- Zaaknummer
17/03277
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Sancties
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2018:2248, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 04‑12‑2018
ECLI:NL:PHR:2018:1168, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 30‑10‑2018
Beroepschrift, Hoge Raad, 07‑03‑2018
- Wetingang
Essentie
Samenloopregeling, art. 57 en 63 Sr: onjuist is de opvatting dat art. 63 Sr de rechter niet verplicht toepassing te geven aan de samenloopregeling van art. 57 Sr in het geval dat de verdachte, nadat hem een levenslange gevangenisstraf is opgelegd maar de desbetreffende uitspraak (nog) niet in kracht van gewijsde is gegaan, schuldig wordt verklaard aan een misdrijf of een overtreding voor die strafoplegging begaan. Voor de toepassing van art. 63 Sr is niet van belang of de eerdere veroordeling in kracht van gewijsde is gegaan. Evenmin is de toepassing van art. 63 Sr daarvan afhankelijk of bij ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.