NJB 2017/1706:Rechtsmiddelentermijn. Laatste dag van de maand. Langere en kortere maanden. HR: Indien een rechtsmiddel moet worden aangewend binnen drie maanden na de dag waarop de uitspraak is gedaan, geldt het volgende. Indien de uitspraak is gedaan (in een gewoon jaar) op 28 februari (of in een schrikkeljaar op 29 februari), 30 april of 30 september, verstrijkt de termijn aan het einde van 28 of 29 mei, 30 juli, respectievelijk 30 december. Indien de maand waarin de termijn afloopt, niet een dag kent met hetzelfde nummer als de dag waarop de uitspraak is gedaan, omdat zij korter is dan de maand waarin de uitspraak is gedaan, eindigt de termijn op (het einde van) de laatste dag van de maand

NJB 2017/1706

Rechtsmiddelentermijn. Laatste dag van de maand. Langere en kortere maanden. HR: Indien een rechtsmiddel moet worden aangewend binnen drie maanden na de dag waarop de uitspraak is gedaan, geldt het volgende. Indien de uitspraak is gedaan (in een gewoon jaar) op 28 februari (of in een schrikkeljaar op 29 februari), 30 april of 30 september, verstrijkt de termijn aan het einde van 28 of 29 mei, 30 juli, respectievelijk 30 december. Indien de maand waarin de termijn afloopt, niet een dag kent met hetzelfde nummer als de dag waarop de uitspraak is gedaan, omdat zij korter is dan de maand waarin de uitspraak is gedaan, eindigt de termijn op (het einde van) de laatste dag van de maand

Documentgegevens:

HR 01-09-2017, ECLI:NL:HR:2017:2225

Instantie: Hoge Raad (Civiele kamer)
Datum: 1 september 2017
Magistraten: Mrs. C.A. Streefkerk, G. Snijders, M.V. Polak, C.E. du Perron, M.J. Kroeze
Zaaknummer: 16/05870
Folio weergave: Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
Vakgebied(en): Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Burgerlijk procesrecht / Cassatie
Brondocumenten: ECLI:NL:HR:2017:2225, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 01‑09‑2017
ECLI:NL:PHR:2017:419, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 12‑05‑2017
Beroepschrift, Hoge Raad, 05‑12‑2016
Wetingang: (art. 339 lid 1, art. 358 lid 2, art. 402 lid 1, art. 426 lid 1 Rv)

Essentie

Rechtsmiddelentermijn. Laatste dag van de maand. Langere en kortere maanden. HR: Indien een rechtsmiddel moet worden aangewend binnen drie maanden na de dag waarop de uitspraak is gedaan, geldt het volgende. Indien de uitspraak is gedaan (in een gewoon jaar) op 28 februari (of in een schrikkeljaar op 29 februari), 30 april of 30 september, verstrijkt de termijn aan het einde van 28 of 29 mei, 30 juli, respectievelijk 30 december. Indien de maand waarin de termijn afloopt, niet een dag kent met hetzelfde nummer als de dag waarop de uitspraak is gedaan, omdat zij korter is dan de maand ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.