Einde inhoudsopgave
Wet uitkeringen burger-oorlogsslachtoffers 1940–1945
Artikel 4
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2001
- Bronpublicatie:
13-12-2000, Stb. 2000, 584 (uitgifte: 01-01-2000, kamerstukken: 27259)
- Inwerkingtreding
01-01-2001
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
13-12-2000, Stb. 2000, 585 (uitgifte: 01-01-2000, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Sociale zekerheid ouderen / Bijzondere onderwerpen
Behoudens in nader bij algemene maatregel van bestuur te regelen gevallen kunnen aan deze wet geen aanspraken worden ontleend door:
- a.
degene, die op grond van oorlogsgeweld als bedoeld in artikel 2, eerste lid, aanspraken ontleent aan de voor militairen geldende voorzieningen;
- b.
degene, die op grond van zijn invaliditeit aanspraken ontleent aan de Wet buitengewoon pensioen 1940–1945, de Wet buitengewoon pensioen zeelieden-oorlogsslachtoffers, de Wet buitengewoon pensioen Indisch verzet of de Wet uitkeringen vervolgingsslachtoffers 1940–1945;
- c.
de weduwe, weduwnaar en minderjarige volle wees van de onder a en b bedoelde personen, indien en voor zover zij als nabestaanden aanspraken ontlenen aan de voorzieningen, bedoeld onder a en de wetten, genoemd onder b.