Einde inhoudsopgave
Algemeen militair ambtenarenreglement
Artikel 39a Overgangsbepaling ontslagleeftijd
Geldend
Geldend vanaf 24-11-2018. Let op: treedt met terugwerkende kracht in werking vanaf 01-01-2017
- Bronpublicatie:
08-11-2018, Stb. 2018, 430 (uitgifte: 23-11-2018, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
24-11-2018, terugwerkend tot: 01-01-2017
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
08-11-2018, Stb. 2018, 430 (uitgifte: 23-11-2018, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Ambtenarenrecht / Arbeidsvoorwaarden
Ambtenarenrecht / Bijzondere onderwerpen
1.
In afwijking van artikel 39, tweede lid, onderdeel a, wordt op aanvraag leeftijdsontslag verleend aan de militair die vóór 1 januari 2002 voor onbepaalde tijd is aangesteld bij het beroepspersoneel, bij het bereiken van de volgende ontslagleeftijd:
- a.
Voor de militair ingedeeld bij de Koninklijke marine zonder rang, of die een rang bekleedt lager dan luitenant ter zee der derde klasse, die de leeftijd van vijftig jaar bereikt:
- 1°
in het jaar 2013: tweeënvijftig jaar en zes maanden;
- 2°
in het jaar 2014: drieënvijftig jaar;
- 3°
in het jaar 2015: drieënvijftig jaar en zes maanden;
- 4°
in het jaar 2016: vierenvijftig jaar;
- 5°
in het jaar 2017: vierenvijftig jaar en zes maanden;
- 6°
in het jaar 2018 tot en met het jaar 2024: vijfenvijftig jaar.
- b.
Voor de militair ingedeeld bij de Koninklijke marine, die de rang bekleedt van luitenant ter zee der derde klasse, luitenant ter zee der tweede klasse of luitenant ter zee der tweede klasse oudste categorie, die de leeftijd van tweeënvijftig jaar bereikt:
- 1°
in het jaar 2013: vierenvijftig jaar en zes maanden;
- 2°
in het jaar 2014: vijfenvijftig jaar;
- 3°
in het jaar 2015: vijfenvijftig jaar en zes maanden;
- 4°
in het jaar 2016: zesenvijftig jaar;
- 5°
in het jaar 2017: zesenvijftig jaar en zes maanden;
- 6°
in het jaar 2018 tot en met het jaar 2026: zevenenvijftig jaar.
- c.
Voor de militair ingedeeld bij de Koninklijke marine die de rang bekleedt van luitenant ter zee der eerste klasse, of een hogere rang, die de leeftijd van vijfenvijftig jaar bereikt:
- 1°
in het jaar 2014: zesenvijftig jaar en zes maanden;
- 2°
in het jaar 2015: zevenenvijftig jaar;
- 3°
in het jaar 2016: zevenenvijftig jaar en zes maanden;
- 4°
in het jaar 2017: achtenvijftig jaar;
- 5°
in het jaar 2018: achtenvijftig jaar en zes maanden;
- 6°
in het jaar 2019: negenenvijftig jaar;
- 7°
in het jaar 2020: negenenvijftig jaar en zes maanden.
- d.
Voor de militairen ingedeeld bij de Koninklijke landmacht, de Koninklijke luchtmacht en de Koninklijke marechaussee, die de leeftijd van vijfenvijftig jaar bereiken:
- 1°
in het jaar 2013: zevenenvijftig jaar en zes maanden;
- 2°
in het jaar 2014: achtenvijftig jaar;
- 3°
in het jaar 2015: achtenvijftig jaar en zes maanden;
- 4°
in het jaar 2016: negenenvijftig jaar;
- 5°
in het jaar 2017: negenenvijftig jaar en zes maanden.
2.
Aan de militair die vóór 1 januari 2017 is aangesteld en die de leeftijd van zestig jaar bereikt in het jaar 2023 tot en met het jaar 2029 en op wie het eerste of het vierde lid, niet van toepassing is, wordt in afwijking van artikel 39, tweede lid onder a, op aanvraag ontslag verleend bij het bereiken van de leeftijd van zestig jaar.
3.
Aan de militair ingedeeld bij de Koninklijke marine, zonder rang of die een rang bekleedt lager dan luitenant ter zee der eerste klasse, die vóór 1 januari 2017 was aangesteld bij het beroepspersoneel en die de leeftijd van zestig jaar bereikt in het jaar 2030 tot en met 2036 wordt in afwijking van artikel 39, tweede lid, onder a, op aanvraag ontslag verleend bij het bereiken van de leeftijd van zestig jaar.
4.
In afwijking van artikel 39, tweede lid, onderdeel a, wordt, onverminderd het eerste lid, aan de militair met de rang van kapitein ter zee, kolonel of een hogere rang en aan de militair met de rang van kapitein-luitenant ter zee, of luitenant-kolonel, die een universitaire master graad heeft behaald en als zodanig werkzaam is in het veld van diens academische deskundigheid, die de leeftijd van zestig jaar bereikt in het jaar 2023 tot en met 2029, op aanvraag ontslag verleend op een datum gelegen tussen de leeftijd van zestig en vijfenzestig jaar. Voor hen geldt een pensioenleeftijd van 65 jaar.
5.
Aan de militair, bedoeld in het eerste lid, voor wie de datum van het leeftijdsontslag, bedoeld in artikel 39, tweede lid, onder a, vier jaar of langer is gelegen na de voor hem op grond van het eerste lid geldende ontslagdatum, wordt op aanvraag ontslag verleend vier jaar na die ontslagdatum. Daarbij wordt uitgegaan van de ontslagdatum zoals die geldt op de datum van de aanvraag, ook al komt de militair naderhand te behoren tot een andere categorie, bedoeld in het eerste lid, onder a, b, c of d, of tot een van de categorieën bedoeld in artikel 39b, onder a of b.
6.
Bij ministeriële regeling wordt de datum vastgesteld waarop een aanvraag als bedoeld in dit artikel uiterlijk kan worden ingediend.