Einde inhoudsopgave
Besluit activiteiten leefomgeving
Artikel 11.130 (afbakening mogelijkheid maatwerk: herbeplanting)
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2024
- Bronpublicatie:
12-09-2023, Stb. 2023, 298 (uitgifte: 15-09-2023, kamerstukken/regelingnummer: -)
16-12-2020, Stb. 2021, 22 (uitgifte: 21-01-2021, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-01-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
27-09-2023, Stb. 2023, 320 (uitgifte: 02-10-2023, kamerstukken/regelingnummer: -)
05-04-2023, Stb. 2023, 113 (uitgifte: 07-04-2023, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Ministerie van Economische Zaken en Klimaat
Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- Vakgebied(en)
Omgevingsrecht / Algemeen
Omgevingsrecht / Omgevingswet
Het met een maatwerkvoorschrift toestaan van herbeplanting op andere grond dan de grond, bedoeld in artikel 11.129, eerste lid, kan:
- a.
als gedeputeerde staten bevoegd zijn: alleen als de herbeplanting voldoet aan bij omgevingsverordening gestelde eisen; en
- b.
als Onze Minister voor Natuur en Stikstof bevoegd is: alleen als:
- 1°
de grond die de eigenaar wil beplanten in hetzelfde gebied ligt als dat waar de gevelde houtopstand zich bevond, waarbij wordt aangesloten bij de voor de toepassing van deze bepaling bij ministeriële regeling vastgestelde gebiedsindeling;
- 2°
de grond die de eigenaar wil beplanten niet van mindere kwaliteit is dan die waarop de gevelde houtopstand zich bevond;
- 3°
de grond die de eigenaar wil beplanten ten minste een gelijke oppervlakte heeft als die waarop de gevelde houtopstand zich bevond;
- 4°
de gevelde houtopstand geen deel uitmaakte van een boskern; en
- 5°
de belangen van de landbouw en de bosbouw niet worden geschaad.