JWB 2017/30
Insolventierecht
HR 27-01-2017, ECLI:NL:HR:2017:110
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
27 januari 2017
- Zaaknummer
16/02831
- Vakgebied(en)
Insolventierecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2017:110, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 27‑01‑2017
ECLI:NL:PHR:2016:1434, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 30‑11‑2016
Beroepschrift, Hoge Raad, 14‑06‑2016
Beroepschrift, Hoge Raad, 31‑05‑2016
- Wetingang
Essentie
Insolventierecht
Samenvatting
Casus
Aanleiding is de tussentijdse beëindiging van een WSNP zonder ‘schone lei’. De rechtbank heeft de verzochte tussentijdse beëindiging zonder schone lei afgewezen; dit gelet op allerlei persoonlijke omstandigheden van de kant van verzoekster. Zij kreeg vervolgens een laatste kans van de rechtbank onder de voorwaarde dat zij het beschermingsbewind zo spoedig mogelijk zou aanvragen en de bewindvoerder daarbij uitdrukkelijk verzocht ‘nauwgezet te monitoren’ dat verzoekster deze voorwaarde zou naleven. Van beschermingsbewind is het vervolgens niet gekomen en verzoekster heeft bovenmatige nieuwe schulden laten ontstaan. Daarop heeft de rechtbank vervolgens wel tussentijdse beëindiging zonder schone lei uitgesproken. Het hof ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.