JAR 2015/188
Nuancering van in rechtspraak ontwikkelde ‘spelregels’ voor collectieve acties. Indien een collectieve actie kan bijdragen aan doeltreffende uitoefening van het recht op collectief onderhandelen, valt deze actie onder het bereik van art. 6 aanhef en onder 4 ESH en is deze in beginsel rechtmatig. Beperkingen aan dit sociale grondrecht op collectieve actie zijn mogelijk indien maatschappelijk gezien dringend noodzakelijk.
HR 19-06-2015, ECLI:NL:HR:2015:1687 (FNV/Amsta)
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
19 juni 2015
- Magistraten
Mrs. F.B. Bakels, C.A. Streefkerk, A.H.T. Heisterkamp, G. Snijders en G. de Groot
- Zaaknummer
14/03094
- Roepnaam
FNV/Amsta
- Vakgebied(en)
Civiel recht algemeen (V)
Arbeidsrecht (V)
Arbeidsrecht / Collectief arbeidsrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2015:1687, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 19‑06‑2015
ECLI:NL:PHR:2015:189, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 06‑03‑2015
Beroepschrift, Hoge Raad, 20‑05‑2014
- Wetingang
Art. 6 lid 4 ESH
Essentie
Amsta is een zorgaanbieder op 35 locaties in Amsterdam. Het overleg over hun arbeidsvoorwaarden is gevoerd door FNV en is vastgelopen, waarna FNV driemaal een collectieve actie in de vorm van een werkonderbreking van telkens 2 uur georganiseerd heeft binnen een locatie van Amsta. In kort geding heeft Amsta gevorderd dat FNV wordt verboden bezettingen te organiseren binnen een van haar locaties. De voorzieningenrechter heeft de vorderingen grotendeels toegewezen. Het hof heeft het vonnis van de voorzieningenrechter grotendeels vernietigd en heeft FNV verboden een onaangekondigde actie te organiseren waarbij een of meer locaties worden bezet. Het hof heeft overwogen ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.