WR 2017/137:Woonruimte – algemene voorwaarden: verboden onderhuur; boetebeding; onredelijk bezwarend beding; cumulatief effect afdrachtverplichting onderhuurpenningen en forfaitaire boete bepaalt of sprake is van een oneerlijk beding

WR 2017/137

Woonruimte – algemene voorwaarden: verboden onderhuur; boetebeding; onredelijk bezwarend beding; cumulatief effect afdrachtverplichting onderhuurpenningen en forfaitaire boete bepaalt of sprake is van een oneerlijk beding

Documentgegevens:

HR 08-09-2017, ECLI:NL:HR:2017:2275, m.nt. mr. P.G.A. van der Sanden

Instantie: Hoge Raad
Datum: 8 september 2017
Magistraten: Mrs. E.J. Numann, A.H.T. Heisterkamp, G. Snijders, M.V. Polak, C.E. du Perron
Zaaknummer: 16/03742
Noot: mr. P.G.A. van der Sanden
Folio weergave: Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
JCDI: JCDI:ADS927366:1
Vakgebied(en): Huurrecht / Algemeen
Verbintenissenrecht / Europees verbintenissenrecht
Verbintenissenrecht / Algemeen
Huurrecht / Huur van woonruimte
Verbintenissenrecht / Overeenkomst
Brondocumenten: ECLI:NL:HR:2017:2275, Uitspraak, Hoge Raad, 08‑09‑2017
ECLI:NL:PHR:2017:483, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 02‑06‑2017
Beroepschrift, Hoge Raad, 12‑07‑2016
Wetingang: (art. 6:91 en 6:233 aanhef en onder a BW; art. 4 lid 1 Richtlijn 93/13/EEG)

Essentie

Woonruimte – algemene voorwaarden: verboden onderhuur; boetebeding; onredelijk bezwarend beding; cumulatief effect afdrachtverplichting onderhuurpenningen en forfaitaire boete bepaalt of sprake is van een oneerlijk beding

Samenvatting

In het arrest Radlinger (HvJ EU 21 april 2016, C-377/14, ECLI:EU:C:2016:283) heeft het HvJ EU overwogen dat ingevolge art. 4 lid 1 Richtlijn 93/13/EEG voor de beoordeling van het oneerlijke karakter van een beding van een overeenkomst alle omstandigheden rond de sluiting van de overeenkomst op het moment waarop de overeenkomst is gesloten in aanmerking worden genomen, rekening houdend met de aard van de goederen of diensten waarop ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.