Einde inhoudsopgave
Verdrag van de Raad van Europa inzake bestrijding van mensenhandel
Artikel 40 Verhouding tot andere internationale instrumenten
Geldend
Geldend vanaf 01-02-2008
- Bronpublicatie:
16-05-2005, Trb. 2006, 99 (uitgifte: 12-05-2006, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-02-2008
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
25-05-2010, Trb. 2010, 160 (uitgifte: 25-05-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Verdragenrecht
Materieel strafrecht / Algemeen
1.
Dit Verdrag laat de rechten en verplichtingen onverlet die voortvloeien uit andere internationale instrumenten waarbij de Partijen bij dit Verdrag partij zijn of zullen worden en die bepalingen bevatten inzake door dit Verdrag geregelde aangelegenheden en die een grotere bescherming van en meer hulp aan de slachtoffers van mensenhandel waarborgen.
2.
De Partijen bij het Verdrag kunnen met elkaar bilaterale of multilaterale verdragen sluiten inzake de aangelegenheden die in dit Verdrag worden behandeld teneinde de bepalingen van dit Verdrag aan te vullen of aan te scherpen of de toepassing van de in dit Verdrag vervatte beginselen te vergemakkelijken.
3.
Partijen die lid zijn van de Europese Unie passen in hun wederzijdse betrekkingen regels van de Gemeenschap en de Europese Unie toe, voor zover op het desbetreffende specifieke onderwerp en in het specifieke geval regels van de Gemeenschap of de Europese Unie van toepassing zijn, onverminderd het onderwerp en het doel van dit Verdrag en onverminderd de volledige toepassing ervan ten opzichte van andere Partijen.
4.
Geen enkele bepaling van dit Verdrag tast de rechten, verplichtingen en verantwoordelijkheden van Staten en personen uit hoofde van het internationale recht aan, met inbegrip van het internationale humanitaire recht en het internationale recht inzake mensenrechten en, in het bijzonder, waar toepasselijk, uit hoofde van het Verdrag van 1951 en het Protocol van 1967 betreffende de status van vluchtelingen en het daarin vervatte grondbeginsel van ‘non-refoulement’.