NJ 2021/40
Noodweer(exces). Onbegrijpelijk oordeel dat verdachte door de woning te verlaten zelf een nieuwe confrontatie heeft opgezocht, waardoor haar geen beroep op noodweer toekomt.
HR 19-01-2021, ECLI:NL:HR:2021:69
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
19 januari 2021
- Magistraten
Mrs. J. de Hullu, M.J. Borgers, M. Kuijer
- Zaaknummer
19/04024
- Conclusie
A-G mr. D.J.M.W. Paridaens
- Noot
Red. Aant.
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS253980:1
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2021:69, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 19‑01‑2021
ECLI:NL:PHR:2020:1092, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 17‑11‑2020
Beroepschrift, Hoge Raad, 24‑06‑2020
- Wetingang
Essentie
Noodweer(exces). Het oordeel dat verdachte door de woning te verlaten zelf een nieuwe confrontatie met de aangever heeft opgezocht, waardoor haar geen geslaagd beroep op noodweer toekomt, is niet zonder meer begrijpelijk.
Samenvatting
Het oordeel dat verdachte door de woning te verlaten zelf een nieuwe confrontatie met de aangever heeft opgezocht, waardoor haar geen geslaagd beroep op noodweer toekomt, is niet zonder meer begrijpelijk. De Hoge Raad neemt daarbij in aanmerking dat de bewijsvoering van het hof innerlijk tegenstrijdig is voor zover deze ten aanzien van de locatie waar het steken in het bovenlichaam en het oor heeft ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.