BNB 2019/130
Rentelasten op lening ter verkrijging aandelen in winningsbedrijf vormen na fusie kosten van dat winningsbedrijf
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
10 mei 2019
- Magistraten
Mrs. Koopman, Van Loon, Van Kalmthout, Van Hilten, Faase
- Zaaknummer
17/05180
- Conclusie
A-G Wattel
- Noot
O.C.R. Marres
- Folio weergave
- JCDI
JCDI:ADS72230:1
- Vakgebied(en)
Vennootschapsbelasting / Fusie en splitsing
Vennootschapsbelasting / Winstbepaling
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2019:687, Uitspraak, Hoge Raad, 10‑05‑2019
ECLI:NL:PHR:2018:832, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 11‑07‑2018
Beroepschrift, Hoge Raad, 06‑12‑2017
- Wetingang
Art. 66 lid 1 Mijnbouwwet; art. 3.8 Wet IB 2001
Essentie
Rentelasten op lening ter verkrijging aandelen in winningsbedrijf vormen na fusie kosten van dat winningsbedrijf
Samenvatting
Belanghebbende houdt zich bezig met het opsporen en winnen van aardgas op het Nederlandse deel van het continentale plat. Zij heeft op 30 september 2009 alle aandelen verkregen in een houdstervennootschap die alle aandelen hield in een werkmaatschappij die zich eveneens met opsporing en winning van aardgas op het Nederlandse deel van het continentale plat bezig hield. Zowel belanghebbende als de werkmaatschappij beschikte over een winningsvergunning als bedoeld in de Mijnbouwwet. Elk was als zodanig onderworpen aan de heffing van ‘winstaandeel’ ...