Einde inhoudsopgave
Wet voortgezet onderwijs 2020
Artikel 2.59 Verklaring bij verlaten school en getuigschrift praktijkonderwijs
Geldend
Geldend vanaf 01-08-2022
- Bronpublicatie:
03-02-2021, Stb. 2021, 179 (uitgifte: 15-04-2021, kamerstukken: 35580)
30-09-2020, Stb. 2020, 379 (uitgifte: 14-10-2020, kamerstukken: 35297)
- Inwerkingtreding
01-08-2022
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
29-11-2021, Stb. 2021, 599 (uitgifte: 09-12-2021, kamerstukken/regelingnummer: -)
29-11-2021, Stb. 2021, 599 (uitgifte: 09-12-2021, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Afhankelijke geldigheid
Treedt tegelijk in werking met de wet (30-09-2020, Stb. 379).
- Vakgebied(en)
Onderwijsrecht / Voortgezet onderwijs
1.
Het bevoegd gezag verstrekt aan de leerling die een school voor vwo, havo, mavo of vbo verlaat en aan wie geen diploma of getuigschrift wordt uitgereikt, een verklaring waarin in elk geval worden vermeld:
- a.
het tijdstip waarop de leerling de school verlaat;
- b.
het leerjaar waartoe de leerling het laatst onvoorwaardelijk was bevorderd; en
- c.
voor welke vormen van vervolgonderwijs en voor welke leerjaren daarvan de leerling geschikt wordt gevonden.
2.
Het bevoegd gezag verstrekt een verklaring aan de leerling die een deel van het programma heeft voltooid, een school voor praktijkonderwijs verlaat en aan wie niet op grond van artikel 2.58, derde lid, een schooldiploma wordt uitgereikt.
3.
Bij ministeriële regeling wordt een model vastgesteld voor de verklaring, bedoeld in het eerste of tweede lid.