FED 2020/155
Regeling voor tijdelijke verhuur eigen woning geldt ook ingeval enkel een gedeelte van de eigen woning tijdelijk ter beschikking wordt gesteld aan derden.
HR 18-09-2020, ECLI:NL:HR:2020:1448, m.nt. J.H.M. Arts
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
18 september 2020
- Magistraten
Mrs. De Groot, Overgaauw, Fierstra, Wortel, Beukers-van Dooren
- Zaaknummer
19/03974
- Noot
J.H.M. Arts
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS243743:1
- Vakgebied(en)
Inkomstenbelasting / Eigen woning
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2020:1448, Uitspraak, Hoge Raad, 18‑09‑2020
Beroepschrift, Hoge Raad, 18‑09‑2020
ECLI:NL:PHR:2020:438, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 01‑05‑2020
- Wetingang
Art. 3.111 lid 1 en 7, art. 3.113 Wet IB 2001
Essentie
Regeling voor tijdelijke verhuur eigen woning geldt ook ingeval enkel een gedeelte van de eigen woning tijdelijk ter beschikking wordt gesteld aan derden.
Samenvatting
De belanghebbende bezit samen met haar echtgenoot een eigen woning in de zin van art. 3.111 lid 1 Wet IB 2001. Deze woning bestaat uit een woonhuis en een schuur annex tuinhuis. Het tuinhuis is in 2015 gedurende 21 dagen via Airbnb verhuurd. De huuropbrengst was € 3.564. In de aangiften IB/PVV van de belanghebbende en haar echtgenoot voor 2015 zijn de inkomsten uit de eigen woning in hun geheel toegerekend aan de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.