RvdW 2022/26
Intellectuele eigendom. Auteurscontractenrecht. Onredelijk bezwarend beding in zin art. 25f lid 2 Auteurswet; toetsing ex tunc; verhouding met art. 6:2 en 6:248 BW. Is deejay fonogrammenproducent (art. 1 onder d Wet naburige rechten)?
HR 17-12-2021, ECLI:NL:HR:2021:1923
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
17 december 2021
- Magistraten
Mrs. C.A. Streefkerk, C.E. du Perron, M.J. Kroeze, S.J. Schaafsma, G.C. Makkink
- Zaaknummer
20/01155
20/01158
- Conclusie
A-G mr. B.J. Drijber
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Intellectuele-eigendomsrecht / Auteursrecht
Intellectuele-eigendomsrecht / Naburige rechten
Verbintenissenrecht / Algemeen
Verbintenissenrecht / Overeenkomst
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2021:1923, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 17‑12‑2021
ECLI:NL:PHR:2021:433, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 26‑03‑2021
Beroepschrift, Hoge Raad, 29‑05‑2020
Beroepschrift, Hoge Raad, 24‑03‑2020
- Wetingang
Samenvatting
Art. 25f lid 2 Aw bepaalt dat vernietigbaar is een beding dat, gelet op de aard en inhoud van de overeenkomst, de wijze waarop de overeenkomst tot stand is gekomen, de wederzijds kenbare belangen van partijen of de overige omstandigheden van het geval, voor de maker onredelijk bezwarend is. Blijkens de wetsgeschiedenis dient hierbij ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.