Einde inhoudsopgave
Besluit elektromagnetische compatibiliteit 2016
Artikel 1
Geldend
Geldend vanaf 28-12-2016
- Bronpublicatie:
12-12-2016, Stb. 2016, 523 (uitgifte: 21-12-2016, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
28-12-2016
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
19-12-2016, Stb. 2016, 535 (uitgifte: 27-12-2016, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Afhankelijke geldigheid
Treedt tegelijk in werking met de wet van 03-02-2016, Stb. 58.
- Vakgebied(en)
Informatierecht / Telecommunicatie
EU-recht / Marktintegratie
Gezondheidsrecht / Voedsel- en warenkwaliteit
Bestuursrecht algemeen / Toezicht
In dit besluit en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:
- a.
wet:Telecommunicatiewet;
- b.
richtlijn nr. 2014/30/EU:richtlijn nr. 2014/30/EU van het Europees Parlement en de Raad van 26 februari 2014 betreffende de harmonisatie van de wetgevingen van de lidstaten inzake elektromagnetische compatibiliteit (herschikking) (PbEU 2014, L 96);
- c.
richtlijn nr. 2014/53/EU:richtlijn nr. 2014/53/EU van het Europees Parlement en de Raad van 16 april 2014 betreffende de harmonisatie van de wetgevingen van de lidstaten inzake het op de markt aanbieden van radioapparatuur en tot intrekking van Richtlijn 1999/5/EG (PbEU 2014, L 153);
- d.
elektromagnetische verstoring: elektromagnetische verstoring als bedoeld in artikel 3, eerste lid, onder 5, van richtlijn nr. 2014/30/EU;
- e.
ongevoeligheid: ongevoeligheid als bedoeld in artikel 3, eerste lid, onder 6, van richtlijn nr. 2014/30/EU;
- f.
elektromagnetische omgeving: elektromagnetische omgeving als bedoeld in artikel 3, eerste lid, onder 8, van richtlijn nr. 2014/30/EU;
- g.
elektromagnetische compatibiliteit: elektromagnetische compatibiliteit als bedoeld in artikel 3, eerste lid, onder 4, van richtlijn nr. 2014/30/EU;
- h.
lidstaat: staat die lid is van de Europese Unie;
- i.
derde land: land dat partij is bij een bij ministeriële regeling genoemde overeenkomst;
- j.
geharmoniseerde norm: een geharmoniseerde norm als bedoeld in artikel 2, punt 1, onder c, van verordening (EU) nr. 1025/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 25 oktober 2012 betreffende Europese normalisatie, tot wijziging van de Richtlijnen 89/686/EEG en 93/15/EEG van de Raad alsmede de Richtlijnen 94/9/EG, 94/25/EG, 95/16/EG, 97/23/EG, 98/34/EG, 2004/22/EG, 2007/23/EG, 2009/23/EG en 2009/105/EG van het Europees Parlement en de Raad en tot intrekking van Beschikking 87/95/EEG van de Raad en Besluit nr. 1673/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad (PbEU 2012, L 316);
- k.
EU-conformiteitsverklaring: verklaring als bedoeld in artikel 15 van richtlijn nr. 2014/30/EU;
- l.
CE-markering: CE-markering als bedoeld in de artikelen 3, eerste lid, onder 25, 16 en 17 van richtlijn nr. 2014/30/EU;
- m.
aangemelde instantie: instantie die conformiteitsbeoordelingsactiviteiten verricht en die voor het uitvoeren van conformiteitsbeoordelingsprocedures als bedoeld in artikel 14 van richtlijn nr. 2014/30/EU door Onze Minister is aangewezen en is aangemeld op grond van artikel 20 van richtlijn nr. 2014/30/EU;
- n.
overeenstemmingsbeoordelingsorgaan: instantie die in het kader van een bij ministeriële regeling genoemde overeenkomst voor het beoordelen van overeenstemming van uitrusting op het gebied van elektromagnetische compatibiliteit met de normen van een derde land en volgens de regels en procedures van het derde land door Onze Minister is aangewezen;
- o.
accreditatie: accreditatie als bedoeld in artikel 2, tiende lid, van Verordening (EG) nr. 765/2008 van het Europees parlement en de Raad van 9 juli 2008 tot vaststelling van de eisen inzake accreditatie en markttoezicht betreffende het verhandelen van producten en tot intrekking van Verordening (EEG) nr. 339/93 (PbEU 2008, L 218);
- p.
nationale accreditatie-instantie: nationale accreditatie-instantie als bedoeld in artikel 2, elfde lid, van Verordening (EG) nr. 765/2008 van het Europees parlement en de Raad van 9 juli 2008 tot vaststelling van de eisen inzake accreditatie en markttoezicht betreffende het verhandelen van producten en tot intrekking van Verordening (EEG) nr. 339/93 (PbEU 2008, L 218);
- q.
veiligheidsdoeleinden: de doeleinden van de bescherming van menselijk leven of bezittingen.