NJFS 2011/79
Geen ‘levensgezel’ in de zin van art. 304 Sr.
Hof Amsterdam 09-02-2011, ECLI:NL:GHAMS:2011:BP3969
- Instantie
Hof Amsterdam
- Datum
9 februari 2011
- Magistraten
Mrs. D.J.M.W. Paridaens-van der Stoel, P.A.M. Hoek, C.J.D. Waal
- Zaaknummer
23-004031-08
- LJN
BP3969
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:GHAMS:2011:BP3969, Uitspraak, Hof Amsterdam, 09‑02‑2011
- Wetingang
Sr art. 304
Essentie
Mishandeling. Bij het begrip ‘levensgezel’ in de zin van art. 304 Sr moet het gaan om een relatie die qua hechtheid vergelijkbaar is met die tussen echtgenoten of geregistreerde partners. In casu was daarvan geen sprake nu verdachte en aangeefster een LAT-relatie hadden zonder gemeenschappelijke huishouding.
Partij(en)
Arrest gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de politierechter in de Rechtbank Alkmaar van 5 augustus 2008 in de gevoegde strafzaken onder de parketnummers 14-705937-07 en 14-700972-08 en 14-701695-08 tegen verdachte.
Uitspraak
Hof:
(...)
Tenlasteleggingen
Aan de verdachte is ten laste gelegd dat: ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.