NJ 2017/472
Uitleg belediging ambtenaar ‘ter zake van’ rechtmatige uitoefening bediening conform art. 267 Sr.
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
19 september 2017
- Magistraten
Mrs. A.J.A. van Dorst, J. de Hullu, E.S.G.N.A.I. van de Griend, E.F. Faase, M.J. Borgers
- Zaaknummer
15/05003
- Conclusie
A-G mr. A.E. Harteveld
- Noot
N. Rozemond
- Folio weergave
- JCDI
JCDI:ADS124418:1
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2017:2394, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 19‑09‑2017
ECLI:NL:PHR:2017:840, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 20‑06‑2017
Beroepschrift, Hoge Raad, 27‑05‑2016
- Wetingang
Essentie
Uitleg belediging ambtenaar ‘ter zake van’ rechtmatige uitoefening bediening conform art. 267 Sr. De wetgever heeft met dit bestanddeel tot uitdrukking gebracht dat de daarmee samenhangende strafverhoging uitsluitend in aanmerking komt indien tussen de belediging en de uitoefening van de bediening een temporeel verband bestaat of indien de belediging met betrekking tot de uitoefening van de bediening is gedaan. Die relatie moet betrekking hebben niet op de enkele hoedanigheid van de ambtenaar, maar op de uitoefening van zijn bediening. Het oordeel dat sprake is van een belediging van een ambtenaar ‘ter zake van’ de rechtmatige uitoefening van ...