AB 2016/126
Het Unierechtelijke verdedigingsbeginsel. Beoordelingsmaatstaf.
HR 15-01-2016, ECLI:NL:HR:2016:39, m.nt. R. Ortlep
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
15 januari 2016
- Magistraten
Mrs. J.A.C.A. Overgaauw, P.M.F. van Loon, L.F. van Kalmthout
- Zaaknummer
14/02925
- Noot
R. Ortlep
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS923155:1
- Vakgebied(en)
Fiscaal procesrecht / Procesorde
Europees belastingrecht / Algemeen
Staatsrecht / Rechtspraak
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2016:39, Uitspraak, Hoge Raad, 15‑01‑2016
Beroepschrift, Hoge Raad, 15‑01‑2016
- Wetingang
Art. 8:42 lid 1 Awb; art. 41 Handvest van de grondrechten van de Europese Unie
Essentie
Het Unierechtelijke verdedigingsbeginsel. Beoordelingsmaatstaf.
Samenvatting
De middelen 1, 2, 5 en 8 behelzen onder meer de klacht dat de Ontvanger niet heeft voldaan aan de ingevolge artikel 8:42, lid 1, van de Awb op hem rustende verplichting om alle op de zaak betrekking hebbende stukken te overleggen. De middelen wijzen onder meer op door de FIOD opgemaakte processen-verbaal, daaraan ten grondslag liggende stukken, en verslagen van bij derden ingestelde onderzoeken.
De stukken van het geding laten geen andere conclusie toe dan dat belanghebbende voor het Hof voldoende gemotiveerd heeft gesteld dat de hiervoor […] genoemde bescheiden ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.