NJ 2013/146
Minderjarige verdachte en Salduz-perikelen.
HR 19-02-2013, ECLI:NL:HR:2013:BZ1363
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
19 februari 2013
- Magistraten
Mrs. A.J.A. van Dorst, B.C. de Savornin Lohman, V. van den Brink
- Zaaknummer
11/04340 J
- Conclusie
A-G mr. P.C. Vegter
- LJN
BZ1363
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Strafprocesrecht / Voorfase
Internationaal belastingrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2013:BZ1363, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 19‑02‑2013
ECLI:NL:PHR:2013:BZ1363, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 18‑12‑2012
Beroepschrift, Hoge Raad, 20‑07‑2012
- Wetingang
Art. 6 lid 3 EVRM; art. 50 Sv
Essentie
Salduz en minderjarige verdachte, zonder rechtsbijstand tijdens politieverhoor. De minderjarige verdachte heeft voorafgaand aan het politieverhoor overleg gevoerd met een advocaat en werd tijdens het verhoor bijgestaan door zijn moeder als vertrouwenspersoon. Na de consultatie is noch door deze advocaat noch door de verdachte te kennen is gegeven dat de verdachte zich gedurende het verhoor wilde laten bijstaan door een advocaat. Onder deze omstandigheden is geen inbreuk gemaakt op de in HR 30 juni 2009 (LJN BH3079, NJ 2009/349) geformuleerde regel dat een aangehouden jeugdige verdachte recht heeft op bijstand door een raadsman of ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.