NJB 2016/1422
Geheimhoudingsplicht art. 61c lid 2 Gemw: deze plicht ziet op de gehele procedure van de vertrouwenscommissie (voor in casu een burgemeestersbenoeming) vanaf het moment van instellen van de vertrouwenscommissie door de Raad tot het moment van het uitbrengen van verslag van haar bevindingen door de vertrouwenscommissie aan de Raad en aan de Commissaris van de Koning. In casu kon het hof oordelen dat ook het verschaffen door de adviseur van de vertrouwenscommissie van informatie over de vragen die gesteld zouden worden tijdens het sollicitatiegesprek met de vertrouwenscommissie, valt onder de in art. 61c Gemw bedoelde geheimhoudingsplicht
HR 28-06-2016, ECLI:NL:HR:2016:1330
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
28 juni 2016
- Magistraten
Mrs. A.J.A. van Dorst, Y. Buruma, V. van den Brink
- Zaaknummer
15/03956
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Bestuursrecht algemeen / Algemene beginselen van behoorlijk bestuur
Staatsrecht / Decentralisatie
Staatsrecht / Staatsinrichting
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2016:1330, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 28‑06‑2016
ECLI:NL:PHR:2016:452, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 17‑05‑2016
Beroepschrift, Hoge Raad, 05‑11‑2015
- Wetingang
Essentie
Geheimhoudingsplicht art. 61c lid 2 Gemw: deze plicht ziet op de gehele procedure van de vertrouwenscommissie (voor in casu een burgemeestersbenoeming) vanaf het moment van instellen van de vertrouwenscommissie door de Raad tot het moment van het uitbrengen van verslag van haar bevindingen door de vertrouwenscommissie aan de Raad en aan de Commissaris van de Koning. In casu kon het hof oordelen dat ook het verschaffen door de adviseur van de vertrouwenscommissie van informatie over de vragen die gesteld zouden worden tijdens het sollicitatiegesprek met de vertrouwenscommissie, valt onder de in art. 61c Gemw bedoelde geheimhoudingsplicht