NJ 2012/201
Griffierecht. Niet-ontvankelijkheid cassatieberoep tegen faillietverklaring wegens niet-tijdige betaling griffierecht?; betalingsonmacht?; art. 6 EVRM; recht op toegang tot de rechter.
HR 27-01-2012, ECLI:NL:HR:2012:BV2020
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
27 januari 2012
- Magistraten
Mrs. J.B. Fleers, J.C. van Oven, F.B. Bakels, W.D.H. Asser, C.E. Drion
- Zaaknummer
11/03496
- Conclusie
A-G Langemeijer
- LJN
BV2020
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Internationaal belastingrecht / Algemeen
Burgerlijk procesrecht / Cassatie
Burgerlijk procesrecht / Eerste aanleg
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2012:BV2020, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 27‑01‑2012
ECLI:NL:HR:2012:BV2020, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 27‑01‑2012
Beroepschrift, Hoge Raad, 29‑07‑2011
- Wetingang
Essentie
Griffierecht. Niet-ontvankelijkheid cassatieberoep tegen faillietverklaring wegens niet-tijdige betaling griffierecht?; betalingsonmacht?; art. 6 EVRM; recht op toegang tot de rechter.
Samenvatting
De in art. 6 lid 1 EVRM geregelde vrijheid van toegang tot de rechter is niet absoluut, nu de overheid aan die vrijheid beperkingen mag stellen die bij wet zijn voorzien en in een democratische samenleving noodzakelijk zijn ter bereiking van een gerechtvaardigd doel. Griffierechten worden geheven ter bestrijding van de voor de overheid aan rechtspraak verbonden kosten en, als het gaat om griffierechten voor de hoger beroeps- en de cassatie-instantie, tevens als financiële ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.