Protocol 2 bij het Verdrag betreffende de rechterlijke bevoegdheid, de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen in burgerlijke en handelszaken betreffende de eenheid in de uitlegging van dit verdrag en betreffende het permanent comité
Artikel 4 [Permanent comité]
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2010
- Bronpublicatie:
30-10-2007, PbEU 2009, L 147 (uitgifte: 10-06-2009, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-01-2010
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
01-01-2010, Internet 2010, www.eda.admin.ch (uitgifte: 01-01-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Beslag en executie
Internationaal privaatrecht / Conflictenrecht
1.
Er wordt een permanent comité opgericht, dat bestaat uit vertegenwoordigers van de verdragsluitende partijen.
2.
Op verzoek van een verdragsluitende partij roept de depositaris van het verdrag het comité bijeen met het oog op:
- —
overleg over de verhouding tussen dit verdrag en andere internationale instrumenten;
- —
overleg over de toepassing van artikel 67, met inbegrip van voorgenomen toetredingen tot instrumenten over bijzondere onderwerpen overeenkomstig artikel 67, lid 1, en voorgestelde wetgeving overeenkomstig Protocol 3;
- —
het onderzoek van de toetreding van nieuwe staten. Het comité kan de in artikel 70, lid 1, onder c), bedoelde toetredende staten met name vragen stellen over hun rechtssysteem en de uitvoering van dit verdrag. Het comité kan ook overwegen in het verdrag aanpassingen aan te brengen die nodig zijn voor de toepassing ervan in de toetredende staten;
- —
de aanvaarding van nieuwe authentieke taalversies overeenkomstig artikel 73, lid 3, van dit verdrag en de noodzakelijke wijzigingen in bijlage VIII;
- —
overleg over een herziening van het verdrag overeenkomstig artikel 76;
- —
overleg over wijzigingen in de bijlagen I tot en met IV en bijlage VII overeenkomstig artikel 77, lid 1;
- —
de vaststelling van wijzigingen in de bijlagen V en VI overeenkomstig artikel 77, lid 2;
- —
intrekking van de voorbehouden en verklaringen van de verdragsluitende partijen overeenkomstig Protocol 1 en de noodzakelijke wijzigingen in bijlage IX.
3.
Het comité stelt de procedureregeling vast met betrekking tot zijn werking en besluitvorming. Deze procedureregeling voorziet in de mogelijkheid dat overleg en besluitvorming plaatsvinden in het kader van een schriftelijke procedure.