Einde inhoudsopgave
Regeling houders van dieren
Artikel 5a.1 Verstrekking aanvullende gegevens bij registratie inrichting landdieren
Geldend
Geldend vanaf 16-11-2023
- Bronpublicatie:
06-11-2023, Stcrt. 2023, 30124 (uitgifte: 15-11-2023, regelingnummer: WJZ/38117709)
- Inwerkingtreding
16-11-2023
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
06-11-2023, Stcrt. 2023, 30124 (uitgifte: 15-11-2023, regelingnummer: WJZ/38117709)
- Vakgebied(en)
Dierenrecht / Algemeen
1.
In aanvulling op artikel 84, eerste lid, onderdeel b, van verordening (EU) nr. 2016/429 verstrekken exploitanten van een inrichting met het oog op de registratie daarvan, de volgende gegevens:
- a.
wanneer er op de inrichting landdieren, met uitzondering van runderen, schapen, geiten en paardachtigen, worden gehouden: in voorkomend geval de datum van het begin van de periode waarin er in de inrichting geen dieren worden gehouden;
- b.
wanneer er op de inrichting kippen, kalkoenen, parelhoenders, eenden, ganzen, kwartels, duiven, fazanten, patrijzen of loopvogels worden gehouden: het unieke nummer van elk tot de inrichting behorende stal, waar deze vogels worden gehouden;
- c.
hun relatienummer.
2.
Artikel 84, tweede lid, aanhef en onderdeel a, van verordening (EU) nr. 2016/429, is van overeenkomstige toepassing op wijzigingen ten aanzien van gegevens als bedoeld in het eerste lid.
3.
Wanneer op een inrichting kippen, kalkoenen, parelhoenders, eenden, ganzen, kwartels, duiven, fazanten, patrijzen of loopvogels worden gehouden, kent de minister aan de inrichting voor elk afzonderlijk doel waarvoor deze vogels worden gehouden, een uniek subregistratienummer toe.