V-N 2019/59.18
Vergoeding proceskosten in Mulder-zaken dient volgens A-G via bestuursrechtelijke lijn te geschieden
HR (A-G) 26-11-2019, ECLI:NL:PHR:2019:1201, m.nt. Redactie Vakstudie Nieuws
- Instantie
Hoge Raad (Advocaat-Generaal)
- Datum
26 november 2019
- Zaaknummer
19/03614
- Conclusie
A-G Harteveld
- Noot
Redactie Vakstudie Nieuws
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS172065:1
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Fiscaal procesrecht (V)
Fiscaal procesrecht / Proceskostenvergoeding
Strafprocesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2020:563, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 07‑04‑2020
ECLI:NL:PHR:2019:1201, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 26‑11‑2019
- Wetingang
Essentie
A-G Harteveld stelt cassatie in het belang der wet in en is van mening dat het hof ten onrechte aansluiting zoekt bij de strafrechtelijke benadering. De wetgever heeft namelijk uitdrukkelijk gekozen voor het bestuursrechtelijke model.
Samenvatting
Aan X is een boete van € 177 opgelegd wegens het overschrijden van de maximumsnelheid. Volgens de kantonrechter is het beroep van X niet-ontvankelijk, omdat het beroepschrift geen gronden bevat en dit verzuim niet tijdig is hersteld. In hoger beroep betwist de gemachtigde van X dat een verzuimbrief is ontvangen. Volgens Hof Arnhem-Leeuwarden (V-N 2019/36.25) is er geen bewijs dat ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.