NJB 2017/316:Schuldsanering. Taak bewindvoerder. De rechtbank heeft een voordracht tot tussentijdse beëindiging afgewezen, met als voorwaarde dat de schuldenares beschermingsbewind aanvraagt, en met het verzoek aan de WSNP-bewindvoerder ‘nauwgezet te monitoren’ dat de schuldenares deze voorwaarde naleeft. Later beëindigt de rechtbank de schuldsanering zonder schone lei. Het hof bekrachtigt het vonnis van de rechtbank. Hoge Raad: Onder de omstandigheden van het geval kon het hof niet tot het oordeel komen dat het ontstaan van nieuwe schulden en het niet aanvragen van een beschermingsbewind aan de schuldenares konden worden toegerekend, zonder in te gaan op het gestelde niet nakomen door de bewindvoerder van de verplichting om het aanvragen van een beschermingsbewind ‘nauwgezet te monitoren’

NJB 2017/316

Schuldsanering. Taak bewindvoerder. De rechtbank heeft een voordracht tot tussentijdse beëindiging afgewezen, met als voorwaarde dat de schuldenares beschermingsbewind aanvraagt, en met het verzoek aan de WSNP-bewindvoerder ‘nauwgezet te monitoren’ dat de schuldenares deze voorwaarde naleeft. Later beëindigt de rechtbank de schuldsanering zonder schone lei. Het hof bekrachtigt het vonnis van de rechtbank. Hoge Raad: Onder de omstandigheden van het geval kon het hof niet tot het oordeel komen dat het ontstaan van nieuwe schulden en het niet aanvragen van een beschermingsbewind aan de schuldenares konden worden toegerekend, zonder in te gaan op het gestelde niet nakomen door de bewindvoerder van de verplichting om het aanvragen van een beschermingsbewind ‘nauwgezet te monitoren’

Documentgegevens:

HR 27-01-2017, ECLI:NL:HR:2017:110

Instantie: Hoge Raad (Civiele kamer)
Datum: 27 januari 2017
Magistraten: Mrs. F.B. Bakels, A.H.T. Heisterkamp, G. de Groot, T.H. Tanja-van den Broek, C.E. du Perron
Zaaknummer: 16/02831
Folio weergave: Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
Vakgebied(en): Personen- en familierecht / Bescherming meerderjarige
Insolventierecht / Schuldsanering natuurlijke personen
Brondocumenten: ECLI:NL:HR:2017:110, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 27‑01‑2017
ECLI:NL:PHR:2016:1434, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 30‑11‑2016
Beroepschrift, Hoge Raad, 14‑06‑2016
Beroepschrift, Hoge Raad, 31‑05‑2016
Wetingang: (art. 287 lid 5, art. 316 lid 1 Fw; art. 1:431 lid 1 onder b BW)

Essentie

Schuldsanering. Taak bewindvoerder. De rechtbank heeft een voordracht tot tussentijdse beëindiging afgewezen, met als voorwaarde dat de schuldenares beschermingsbewind aanvraagt, en met het verzoek aan de WSNP-bewindvoerder ‘nauwgezet te monitoren’ dat de schuldenares deze voorwaarde naleeft. Later beëindigt de rechtbank de schuldsanering zonder schone lei. Het hof bekrachtigt het vonnis van de rechtbank. Hoge Raad: Onder de omstandigheden van het geval kon het hof niet tot het oordeel komen dat het ontstaan van nieuwe schulden en het niet aanvragen van een beschermingsbewind aan de schuldenares konden worden toegerekend, zonder in te gaan op het gestelde niet nakomen door de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.