NJB 2013/2139
Grenzen getuigenbewijs: toepassing arrest post-Vidgen (HR 29 januari 2013, ECLI:NL:HR:2013:BX5539, NJ 2013/145, NJB 2013/339). In casu bezigen proces-verbaal van aangifte (door een verbalisant) voor het bewijs in strijd met art. 6 lid 1 en lid 3 aanhef en onder d EVRM, en voorts niet zonder meer begrijpelijk oordeel dat van noodzaak tot oproepen aangever (voormelde verbalisant) niet is gebleken
HR 24-09-2013, ECLI:NL:HR:2013:774
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
24 september 2013
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, H.A.G. Splinter-van Kan, W.F. Groos
- Zaaknummer
11/04546 J
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Strafprocesrecht / Voorfase
Internationaal belastingrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2013:774, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 24‑09‑2013
- Wetingang
(EVRM art. 6)
Essentie
Grenzen getuigenbewijs: toepassing arrest post-Vidgen (HR 29 januari 2013, ECLI:NL:HR:2013:BX5539, NJ 2013/145, NJB 2013/339). In casu bezigen proces-verbaal van aangifte (door een verbalisant) voor het bewijs in strijd met art. 6 lid 1 en lid 3 aanhef en onder d EVRM, en voorts niet zonder meer begrijpelijk oordeel dat van noodzaak tot oproepen aangever (voormelde verbalisant) niet is gebleken
Uitspraak
Inleiding:
Verdachte is veroordeeld omdat hij – kort gezegd – opzettelijk en wederrechtelijk een fiets, toebehorende aan [betrokkene], heeft beschadigd door een ruk te geven aan deze fiets waarna deze op de grond viel en vervolgens tegen deze ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.