V-N 2016/62.12
Compensatie overschrijding redelijke termijn door vlotte behandeling in eerdere fase: geen immateriëleschadevergoeding
HR 25-11-2016, ECLI:NL:HR:2016:2673, m.nt. Redactie Vakstudie Nieuws
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
25 november 2016
- Magistraten
Overgaauw, Van Loon, Van Kalmthout
- Zaaknummer
16/00360
- Noot
Redactie Vakstudie Nieuws
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS925000:1
- Vakgebied(en)
Fiscaal procesrecht / Beroepsfase
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2016:2673, Uitspraak, Hoge Raad, 25‑11‑2016
Beroepschrift, Hoge Raad, 25‑11‑2016
- Wetingang
Essentie
De Hoge Raad oordeelt dat X bv geen recht heeft op een immateriële schadevergoeding. Omdat tussen de uitspraak van Hof 's-Hertogenbosch en de uitspraak van Hof Arnhem-Leeuwarden minder dan drie jaren zijn verstreken, is er geen sprake van een overschrijding van de redelijke termijn.
Samenvatting
Belanghebbende, X bv, exploiteert een pluimveebedrijf. Naar aanleiding van een onderzoek stelt de inspecteur vast dat X bv in 2000 een kleinere hoeveelheid mest, houdende fosfaat en stikstof, heeft doen afvoeren dan zij in haar aangifte heeft verwerkt. De inspecteur legt naheffingsaanslagen verfijnde fosfaatheffing en stikstofheffing op aan X bv. Rechtbank Breda handhaaft ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.