Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) nr. 655/2014 tot vaststelling procedure betreffende het Europees bevel tot conservatoir beslag op bankrekeningen om grensoverschrijdende inning van schuldvorderingen in burgerlijke en handelszaken te vergemakkelijken
Artikel 8 Verzoek om een bevel tot conservatoir beslag
Geldend
Geldend vanaf 16-01-2024
- Redactionele toelichting
Wordt toegepast vanaf 01-05-2025.
- Bronpublicatie:
13-12-2023, PbEU L 2023, 2023/2844 (uitgifte: 27-12-2023, regelingnummer: 2023/2844)
- Inwerkingtreding
16-01-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
13-12-2023, PbEU L 2023, 2023/2844 (uitgifte: 27-12-2023, regelingnummer: 2023/2844)
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Beslag en executie
1.
Het verzoek om een bevel tot conservatoir beslag wordt ingediend door middel van het formulier dat volgens de in artikel 52, lid 2, bedoelde raadplegingsprocedure is vastgesteld.
2.
Het verzoek bevat de volgende elementen:
- a)
de naam en het adres van het gerecht waar het verzoek wordt ingediend;
- b)
gegevens betreffende de schuldeiser: de naam en contactgegevens van de schuldeiser en, in voorkomend geval, van zijn vertegenwoordiger, en
- i)
indien de schuldeiser een natuurlijke persoon is, zijn geboortedatum en, in voorkomend geval en indien beschikbaar, het nummer van zijn identiteitskaart of het paspoort; of
- ii)
indien de schuldeiser een rechtspersoon is of een andere entiteit die krachtens het recht van een lidstaat bevoegd is om als eiser of verweerder in rechte op te treden, de staat van de statutaire zetel en het identificatie- of registratienummer of, bij gebreke hiervan, de datum en plaats van vestiging, oprichting of registratie;
- c)
gegevens betreffende de schuldenaar: de naam en contactgegevens van de schuldenaar en, in voorkomend geval, van zijn vertegenwoordiger, en, indien beschikbaar:
- i)
indien de schuldenaar een natuurlijk persoon is, zijn geboortedatum en het nummer van zijn identiteitsbewijs of paspoort; of
- ii)
indien de schuldenaar een rechtspersoon is of een andere entiteit die volgens het recht van een staat bevoegd is om als eiser of verweerder in rechte op te treden, de staat van de statutaire zetel en het identificatie- of registratienummer of, bij gebreke hiervan, de datum en plaats van vestiging, oprichting of registratie;
- d)
een nummer aan de hand waarvan de bank kan worden bepaald, zoals het IBAN of de BIC en/of de naam en het adres van de bank, waar de schuldenaar een of meer rekeningen aanhoudt waarop conservatoir beslag moet worden gelegd;
- e)
indien beschikbaar, het nummer van de rekening of rekeningen waarop conservatoir beslag moet worden gelegd en, in dat geval, de vermelding of op andere rekeningen die de schuldenaar bij dezelfde bank aanhoudt, conservatoir beslag moet worden gelegd;
- f)
indien geen van de onder d) bedoelde gegevens kan worden verstrekt, een verklaring dat een verzoek om rekeninginformatie overeenkomstig artikel 14 wordt ingediend, indien een dergelijk verzoek mogelijk is, en een vermelding van de redenen waarom de schuldeiser van mening is dat de schuldenaar een of meer rekeningen bij een bank in een bepaalde lidstaat aanhoudt;
- g)
het bedrag waarvoor om het bevel tot conservatoir beslag wordt verzocht:
- i)
indien de schuldeiser nog geen rechterlijke beslissing, gerechtelijke schikking of authentieke akte heeft verkregen, het bedrag van de hoofdvordering of een gedeelte daarvan en van alle rente die overeenkomstig artikel 15 kan worden geïnd;
- ii)
indien de schuldeiser reeds een rechterlijke beslissing, gerechtelijke schikking of authentieke akte heeft verkregen, het in de rechterlijke beslissing, gerechtelijke schikking of authentieke akte bepaalde bedrag van de hoofdvordering of een onderdeel daarvan en alle rente en kosten die overeenkomstig artikel 15 kunnen worden geïnd;
- h)
indien de schuldeiser nog geen rechterlijke beslissing, gerechtelijke schikking of authentieke akte heeft verkregen:
- i)
een beschrijving van alle relevante elementen ter ondersteuning van de bevoegdheid van het gerecht waar het verzoek om het bevel tot conservatoir beslag is ingediend;
- ii)
een beschrijving van alle relevante omstandigheden die als grondslag voor de vordering en, in voorkomend geval, de gevorderde rente worden aangevoerd;
- iii)
een verklaring die aangeeft of de schuldeiser reeds een procedure betreffende het bodemgeschil heeft ingesteld tegen de schuldenaar;
- i)
indien de schuldeiser reeds een rechterlijke beslissing, gerechtelijke schikking of authentieke akte heeft verkregen, een verklaring dat aan de rechterlijke beslissing, gerechtelijke schikking of authentieke akte nog geen gevolg is gegeven of, in voorkomend geval, de vermelding in welke mate eraan gevolg is gegeven;
- j)
een beschrijving van alle relevante omstandigheden die overeenkomstig artikel 7, lid 1, grond opleveren voor de uitvaardiging van het bevel tot conservatoir beslag;
- k)
in voorkomend geval, een opgave van de redenen waarom de schuldeiser meent te moeten worden vrijgesteld van zekerheidstelling overeenkomstig artikel 12;
- l)
een lijst van het door de schuldeiser verstrekte bewijsmateriaal;
- m)
een verklaring van de schuldeiser, overeenkomstig artikel 16, over de vraag of hij al dan niet andere gerechten of instanties om een gelijkwaardig nationaal bevel heeft verzocht en of het verzoek is ingewilligd of afgewezen en, indien het is ingewilligd, in welke mate aan het bevel uitvoering is gegeven;
- n)
een facultatieve vermelding van de bankrekening van de schuldeiser waarop de schuldenaar de vordering vrijwillig kan voldoen;
- o)
een verklaring van de schuldeiser dat de informatie in het verzoek naar zijn beste weten juist en volledig is en dat opzettelijk onjuiste of onvolledige verklaringen juridische gevolgen kunnen hebben krachtens het recht van de lidstaat waar het verzoek wordt ingediend, of tot aansprakelijkheid in de zin van artikel 13 kunnen leiden.
3.
Het verzoek gaat vergezeld van alle nuttige bewijsstukken en, indien de schuldeiser reeds een rechterlijke beslissing, gerechtelijke schikking of authentieke akte heeft verkregen, een afschrift van de rechterlijke beslissing, gerechtelijke schikking of authentieke akte dat voldoet aan de voorwaarden om de echtheid ervan te kunnen vaststellen.
4.
Het verzoek en de bewijsstukken kunnen worden ingediend met alle mogelijke – ook digitale – communicatie middelen die worden aanvaard krachtens het procesrecht van de lidstaat waar het verzoek wordt ingediend, of door middel van elektronische communicatie als bedoeld in artikel 4 van Verordening (EU) 2023/2844 van het Europees Parlement en de Raad (1).
Voetnoten
erordening (EU) 2023/2844 van het Europees Parlement en de Raad van 13 december 2023 betreffende de digitalisering van de justitiële samenwerking en de toegang tot de rechter in grensoverschrijdende burgerlijke, handels- en strafzaken, en tot wijziging van bepaalde handelingen op het gebied van justitiële samenwerking (PB L, 2023/2844, 27.12.2023, ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/2023/2844/oj).