Einde inhoudsopgave
Regeling taakuitoefening en bevoegdheden IBTD
Artikel 13 Beheersmatige verantwoordelijkheid
Geldend
Geldend vanaf 08-07-2022. Let op: treedt met terugwerkende kracht in werking vanaf 01-01-2022
- Bronpublicatie:
24-06-2022, Stcrt. 2022, 17683 (uitgifte: 07-07-2022, regelingnummer: 2022-163738)
- Inwerkingtreding
08-07-2022, terugwerkend tot: 01-01-2022
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
24-06-2022, Stcrt. 2022, 17683 (uitgifte: 07-07-2022, regelingnummer: 2022-163738)
- Vakgebied(en)
Bestuursrecht algemeen / Bestuursbevoegdheden
1.
De inspecteur-generaal is verantwoordelijk voor de bedrijfsvoering van de inspectie.
2.
De werkzaamheden uit het werkprogramma dienen binnen het voor de inspectie opgenomen budget in de rijksbegroting voor het ministerie te worden uitgevoerd, tenzij andere afspraken zijn gemaakt met de secretaris-generaal van het ministerie.
3.
De inspectie besteedt het beschikbare budget naar eigen inzicht, met inachtneming van de Comptabiliteitswet 2016, de voor het ministerie geldende interne regelingen en, indien van toepassing, specifieke afspraken die daarover door de secretaris-generaal met de inspecteur‑generaal zijn gemaakt.