Rb. Amsterdam, 19-08-2022, nr. 8753657 CV EXPL 20-16394
ECLI:NL:RBAMS:2022:4810
- Instantie
Rechtbank Amsterdam
- Datum
19-08-2022
- Zaaknummer
8753657 CV EXPL 20-16394
- Vakgebied(en)
Verbintenissenrecht (V)
- Brondocumenten en formele relaties
ECLI:NL:RBAMS:2022:4810, Uitspraak, Rechtbank Amsterdam, 19‑08‑2022; (Eerste aanleg - enkelvoudig)
Uitspraak 19‑08‑2022
Inhoudsindicatie
Verstek. Ambtshalve toetsing. Tussenvonnis. Overeenkomst op afstand. Niet voldaan aan 6:230v lid 3 BW (bestelknop). Voornemen gedeeltelijke vernietiging overeenkomst. Vermindering van betalingsverplichting tot nihil. Gelegenheid tot uitlaten.
Partij(en)
vonnis
RECHTBANK AMSTERDAM
Afdeling privaatrecht
zaaknummer: 8753657 CV EXPL 20-16394
vonnis van: 19 augustus 2022
fno.: 991
vonnis van de kantonrechter
i n z a k e
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
Ziggo Services B.V.
gevestigd te Utrecht
eiseres
gemachtigde: GGN Mastering Credit Rotterdam
t e g e n
[gedaagde]
wonende te [woonplaats]
gedaagde
niet verschenen
Verloop van de procedure
Eiseres heeft gedaagde gedagvaard. Tegen gedaagde is verstek verleend. Vervolgens is een datum voor vonnis bepaald.
Gronden van de beslissing
De overeenkomst die centraal staat is gesloten tussen een handelaar (eiseres) en een consument (gedaagde). In dat geval moet ambtshalve worden onderzocht of de handelaar bepaalde informatieplichten heeft nageleefd.
Eiseres stelt dat de overeenkomst online tot stand is gekomen. Het gaat dus om een overeenkomst op afstand. In dat geval moet eiseres hebben voldaan aan de informatieplichten van artikel 6:230m lid 1 BW en de aanvullende verplichtingen van artikel 6:230v BW.
Eiseres stelt gemotiveerd dat zij aan deze informatieverplichtingen heeft voldaan en overlegt schermafdrukken van het elektronische bestelproces ter onderbouwing van die stelling.
In artikel 6:230v lid 3 BW is bepaald dat de handelaar zijn elektronische bestelproces zodanig moet inrichten dat de consument een aanbod niet kan aanvaarden dan nadat hem op niet voor misverstand vatbare wijze duidelijk is gemaakt dat de bestelling een betalingsverplichting inhoudt. Een knop of soortgelijke functie wordt daartoe op een goed leesbare wijze aangemerkt met een ondubbelzinnige formulering waaruit blijkt dat het plaatsen van de bestelling een betalingsverplichting jegens de handelaar inhoudt.
Om te beoordelen of de handelaar aan deze verplichting heeft voldaan, moet alleen rekening worden gehouden met de woorden op de bestelknop waarmee de consument het bestelproces afrondt. Zie het arrest van het Hof van Justitie van de Europese Unie van 7 april 2022 (ECLI:EU:C:2022:269). Er mag geen acht worden geslagen op de verdere omstandigheden van het bestelproces.
Uit de toelichting en stukken blijkt dat op de bestelknop die eiseres hanteert de woorden ‘Plaats bestelling’ staan. Daarmee is naar het oordeel van de kantonrechter geen duidelijke mededeling gedaan dat de consument met het aanklikken van die knop een betalingsverplichting aangaat. Er is dan ook niet voldaan aan de verplichting van artikel 6:230v lid 3 BW. Als gevolg daarvan is de overeenkomst vernietigbaar, zo volgt uit datzelfde artikellid en uit het arrest van de Hoge Raad van 12 november 2021 (ECLI:NL:HR:2021:1677, r.o. 3.1.20). Artikel 6:230v lid 3 BW is een implementatie van artikel 8 lid 2 van de Richtlijn 2011/83/EU, waaruit volgt dat wanneer niet is voldaan aan de bepaling over de bestelknop, de consument niet door de overeenkomst of de bestelling is gebonden.
De kantonrechter is daarom voornemens de overeenkomst gedeeltelijk te vernietigen, in die zin dat de betalingsverplichting van de consument wordt verminderd tot nihil. Eiseres wordt, gelet op de datum van de dagvaarding en op het in de vorige overweging genoemde arrest van de Hoge Raad, in de gelegenheid gesteld zich uit te laten over dit voornemen tot vernietiging. De zaak wordt hiervoor naar de rol verwezen over vier weken.
Iedere verdere beslissing wordt aangehouden.
Beslissing
De kantonrechter:
verwijst de zaal naar de rol van vrijdag 16 september 2022 te 10.00 uur voor akte uitlating aan de zijde van eiseres;
houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen door mr. E. Pennink, kantonrechter, en in het openbaar uitgesproken op 19 augustus 2022 in tegenwoordigheid van de griffier.