NJB 2021/227
Prejudiciële vragen, van toepassing zijnde wetgeving, uitzendovereenkomst, tijdelijke onderbreking
- Instantie
Centrale Raad van Beroep
- Datum
17 december 2020
- Magistraten
Mrs. Lenos, Van Dalen-van Bekkum, Van Gijzen
- Zaaknummer
16/6955 AOW
- Folio weergave
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Algemeen
Sociale zekerheid algemeen / Algemeen
Arbeidsrecht / Arbeidsovereenkomstenrecht
EU-recht / Rechtsbescherming
- Brondocumenten
ECLI:NL:CRVB:2023:385, Uitspraak, Centrale Raad van Beroep, 24‑02‑2023
ECLI:NL:CRVB:2020:3216, Uitspraak, Centrale Raad van Beroep, 17‑12‑2020
- Wetingang
(art. 11 lid 3, onder a, Verordening (EG) nr. 883/2004)
Essentie
Prejudiciële vragen, van toepassing zijnde wetgeving, uitzendovereenkomst, tijdelijke onderbreking
Uitspraak
Overwegingen
4.1.
Tussen partijen is niet in geschil dat betrokkenen verzekerd waren voor de AOW respectievelijk de AKW gedurende de periodes dat zij via hun uitzendbureaus in Nederland in dienstbetrekking werkten. In geschil is of deze verzekering voortduurde tijdens de tussenpozen van deze werkzaamheden (‘tussenliggende periodes’). Ter beantwoording van deze vraag moet worden vastgesteld van welke lidstaat gedurende deze tijdvakken de wetgeving op betrokkenen van toepassing was op grond van Vo 883/2004.
4.2.
Op grond van artikel 11, eerste lid, van Vo 883/2004 zijn degenen op ...