NJB 2016/84
Onrechtmatige perspublicatie. In twee publicaties in Quote wordt de volledige naam vermeld van een verdachte in een faillissementsfraudezaak. Het hof acht de publicaties onrechtmatig. HR: Uit de in het cassatiemiddel genoemde uitspraken van het EHRM volgt niet dat het oordeel van het hof berust op een onjuiste rechtsopvatting met betrekking tot art. 10 EVRM
HR 18-12-2015, ECLI:NL:HR:2015:3627
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
18 december 2015
- Magistraten
Mrs. F.B. Bakels, A.H.T. Heisterkamp, G. de Groot, M.V. Polak, T.H. Tanja-van den Broek
- Zaaknummer
14/04733
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Verbintenissenrecht / Aansprakelijkheid
Verbintenissenrecht / Onrechtmatige daad
Informatierecht / Media
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2015:3627, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 18‑12‑2015
ECLI:NL:PHR:2015:2423, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 16‑10‑2015
Beroepschrift, Hoge Raad, 10‑09‑2014
- Wetingang
(EVRM art. 10 lid 2; BW art. 6:162)
Essentie
Onrechtmatige perspublicatie. In twee publicaties in Quote wordt de volledige naam vermeld van een verdachte in een faillissementsfraudezaak. Het hof acht de publicaties onrechtmatig. HR: Uit de in het cassatiemiddel genoemde uitspraken van het EHRM volgt niet dat het oordeel van het hof berust op een onjuiste rechtsopvatting met betrekking tot art. 10 EVRM
Partij(en)
Hearst en A, adv. mr. K. Aantjes, vs. X, adv. mrs. B.T.M. van der Wiel en A.M. van Aerde.
Uitspraak
Feiten en procesverloop
In het decembernummer van 2010 van het door (thans) Hearst uitgegeven maandblad Quote is een artikel verschenen van de hand ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.