NJB 2016/7:In een splitsingsakte staat een bijzondere regeling over de verdeling van de algemene woonkosten. Nadat de akte is gewijzigd, komt die bijzondere regeling er niet meer in voor. Volgens de appartementseigenaar die de gewijzigde akte heeft doen inschrijven, is dat een fout. HR: 1. Register. Derdenbescherming. De bescherming van art. 3:26 BW kan ook worden ingeroepen tegen degene die de onjuistheid van het door hemzelf ingeschreven feit (niet kende, maar) behoorde te kennen, maar niet heeft zorg gedragen voor overeenstemming van de registers met de werkelijkheid. 2. Devolutieve werking. Het hof had de vordering niet alsnog toewijsbaar mogen achten zonder te onderzoeken of het beroep van geïntimeerde op rechtsverwerking tot een andere uitkomst van de zaak leidt

NJB 2016/7

In een splitsingsakte staat een bijzondere regeling over de verdeling van de algemene woonkosten. Nadat de akte is gewijzigd, komt die bijzondere regeling er niet meer in voor. Volgens de appartementseigenaar die de gewijzigde akte heeft doen inschrijven, is dat een fout. HR: 1. Register. Derdenbescherming. De bescherming van art. 3:26 BW kan ook worden ingeroepen tegen degene die de onjuistheid van het door hemzelf ingeschreven feit (niet kende, maar) behoorde te kennen, maar niet heeft zorg gedragen voor overeenstemming van de registers met de werkelijkheid. 2. Devolutieve werking. Het hof had de vordering niet alsnog toewijsbaar mogen achten zonder te onderzoeken of het beroep van geïntimeerde op rechtsverwerking tot een andere uitkomst van de zaak leidt

Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.

Essentie

In een splitsingsakte staat een bijzondere regeling over de verdeling van de algemene woonkosten. Nadat de akte is gewijzigd, komt die bijzondere regeling er niet meer in voor. Volgens de appartementseigenaar die de gewijzigde akte heeft doen inschrijven, is dat een fout. HR: 1. Register. Derdenbescherming. De bescherming van art. 3:26 BW kan ook worden ingeroepen tegen degene die de onjuistheid van het door hemzelf ingeschreven feit (niet kende, maar) behoorde te kennen, maar niet heeft zorg gedragen voor overeenstemming van de registers met de werkelijkheid. 2. Devolutieve werking. Het hof had de vordering niet alsnog toewijsbaar mogen achten ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.

Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.