BNB 2016/217
Navordering. Argumenten van de Inspecteur met betrekking tot kwade trouw belanghebbende ten onrechte niet besproken. Ook mocht Hof niet ongemotiveerd voorbijgaan aan verzoek tot oproepen getuige
HR 25-09-2015, ECLI:NL:HR:2015:2798, m.nt. G.J.M.E. de Bont
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
25 september 2015
- Magistraten
Mrs. Overgaauw, Van Loon, Van Kalmthout
- Zaaknummer
14/03674
- Noot
G.J.M.E. de Bont
- JCDI
JCDI:ADS924726:1
- Vakgebied(en)
Fiscaal bestuursrecht / Aanslag
Belastingrecht algemeen (V)
Fiscaal procesrecht / Procesorde
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2015:2798, Uitspraak, Hoge Raad, 25‑09‑2015
Beroepschrift, Hoge Raad, 25‑09‑2015
Beroepschrift, Hoge Raad, 04‑09‑2014
- Wetingang
Art. 8:63 Awb, art. 16 lid 1 AWR
Essentie
Navordering. Argumenten van de Inspecteur met betrekking tot kwade trouw belanghebbende ten onrechte niet besproken. Ook mocht Hof niet ongemotiveerd voorbijgaan aan verzoek tot oproepen getuige
Samenvatting
Belanghebbende heeft op een tot zijn ondernemingsvermogen behorende onroerende zaak een appartementencomplex doen realiseren dat hij in 2006 heeft verkocht voor € 1,1 miljoen. Ter zake van die verkoop heeft belanghebbende geen resultaat verantwoord. Wel is in de aangifte bij de winst uit onderneming een post ‘stortingen van kapitaal, vermogenssprong’ opgenomen. De aanslag is conform de aangifte opgelegd. Bij de in geschil zijnde navorderingsaanslag heeft de Inspecteur het verkoopresultaat tot de winst ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.