NJ 2011/607
Gebruik ter zitting afgelegde getuigenverklaring na opnieuw aanvangen onderzoek of terugwijzing door Hoge Raad. Voor te houden stukken cfm art. 301 Sv.
HR 20-09-2011, ECLI:NL:HR:2011:BR0403, m.nt. M.J. Borgers
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
20 september 2011
- Magistraten
Mrs. A.J.A. van Dorst, B.C. de Savornin Lohman, J. de Hullu, C.H.W.M. Sterk, M.A. Loth
- Zaaknummer
09/05058
- Conclusie
A-G Jörg
- Noot
M.J. Borgers
- LJN
BR0403
- JCDI
JCDI:ADS127409:1
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2011:BR0403, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 20‑09‑2011
ECLI:NL:PHR:2011:BR0403, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 14‑06‑2011
- Wetingang
Essentie
1. De rechter mag gebruik maken van de op een eerdere terechtzitting afgelegde verklaring van een getuige, ook als op een nadere terechtzitting het onderzoek opnieuw is aangevangen en de getuige niet opnieuw is gehoord, mits die verklaring op de nadere terechtzitting is voorgelezen of de korte inhoud daarvan is medegedeeld. Hetzelfde geldt voor onderzoek na verwijzing of terugwijzing van de zaak door de Hoge Raad.
2. Onder stukken waarop ten bezware van de verdachte geen acht mag worden geslagen dan voor zover zij zijn voorgelezen of hun korte inhoud is medegedeeld cfm art. 301 lid 4 ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.