V-N 2015/50.3
Laat bezwaar inzake BPM is mogelijk toch ontvankelijk
HR 02-10-2015, ECLI:NL:HR:2015:2898, m.nt. Redactie Vakstudie Nieuws
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
2 oktober 2015
- Magistraten
Overgaauw, Van Vliet, Van Loon
- Zaaknummer
14/06024
- Noot
Redactie Vakstudie Nieuws
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS921895:1
- Vakgebied(en)
Fiscaal bestuursrecht / Bezwaarfase
- Brondocumenten
Beroepschrift, Hoge Raad, 02‑10‑2015
ECLI:NL:HR:2015:2898, Uitspraak, Hoge Raad, 02‑10‑2015
- Wetingang
Essentie
De Hoge Raad oordeelt dat uit de uitspraak van het hof niet blijkt van een onderzoek of dat op grond van de gegeven omstandigheden redelijkerwijs kan worden aangenomen dat de heer X wist dan wel geacht moet worden te hebben geweten dat hij binnen zes weken na 3 juni 2010 bezwaar moest maken.
Samenvatting
De heer X voldoet op 3 juni 2010 op aangifte de BPM voor een personenauto. Pas in 2012 maakt X bezwaar tegen deze voldoening. In geschil is of de inspecteur dit bezwaar terecht niet-ontvankelijk heeft verklaard. Rechtbank Noord-Holland stelt de inspecteur in het gelijk. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.