Einde inhoudsopgave
RvdW 2023/1070
Ontucht met 10-jarig nichtje door 57-jarige verdachte tijdens logeerpartij, art. 244 jo. art. 248 lid 2 Sr. Afwijzing door hof zonder enige motivering van ttz. in hoger beroep gedaan verzoek tot onderzoek door deskundige naar detentiegeschiktheid van verdachte. Hof heeft verzoek van verdediging kennelijk opgevat als verzoek tot benoemen van deskundige door zittingsrechter of (na verwijzing van zaak door hof) door RC of Rh-C met het oog op nader onderzoek naar detentiegeschiktheid van verdachte. Dit betreft verzoek a.b.i. art. 328 jo. art. 331 lid 1 Sv om gebruik te maken van de in art. 315 lid 3 dan wel art. 316 Sv omschreven bevoegdheid. Maatstaf voor beslissing op zo’n verzoek is telkens of rechter de noodzaak van het verzochte is gebleken. Hof heeft dit verzoek afgewezen zonder dat het ervan blijk heeft gegeven hiervoor genoemde maatstaf te hebben aangelegd, terwijl hof ook niet anderszins redenen heeft genoemd voor afwijzing van verzoek. Hof heeft afwijzing van verzoek daarom ontoereikend gemotiveerd. Volgt (partiële) vernietiging t.a.v. strafoplegging en terugwijzing. CAG: anders.
HR 31-10-2023, ECLI:NL:HR:2023:1471
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
31 oktober 2023
- Magistraten
Mrs. M.J. Borgers, C. Caminada, T.B. Trotman
- Zaaknummer
22/00780
- Conclusie
A-G mr. A.E. Harteveld
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Penitentiair recht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2023:1471, Uitspraak, Hoge Raad, 31‑10‑2023
ECLI:NL:PHR:2023:764, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 05‑09‑2023
Essentie
Ontucht met 10-jarig nichtje door 57-jarige verdachte tijdens logeerpartij, art. 244 jo. art. 248 lid 2 Sr. Afwijzing door hof zonder enige motivering van ttz. in hoger beroep gedaan verzoek tot onderzoek door deskundige naar detentiegeschiktheid van verdachte. Hof heeft verzoek van verdediging kennelijk opgevat als verzoek tot benoemen van deskundige door zittingsrechter of (na verwijzing van zaak door hof) door RC of Rh-C met het oog op nader onderzoek naar detentiegeschiktheid van verdachte. Dit betreft verzoek a.b.i. art. 328 jo. art. 331 lid 1 Sv om gebruik te maken van ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.