Het deskundigenadvies in de civiele procedure
Einde inhoudsopgave
Het deskundigenadvies in de civiele procedure (R&P nr. 165) 2008/5.4.1:5.4.1 Inleiding
Het deskundigenadvies in de civiele procedure (R&P nr. 165) 2008/5.4.1
5.4.1 Inleiding
Documentgegevens:
G. de Groot, datum 20-10-2008
- Datum
20-10-2008
- Auteur
G. de Groot
- JCDI
JCDI:ADS448699:1
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht (V)
Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
In deze paragraaf staat centraal of andere landen regels kennen die vergelijkbaar zijn met de regel van Nederlands procesrecht dat een deskundige verplicht is om de opdracht 'onpartijdig en naar beste weten' te vervullen. Zoals ik in par. 5.5 en 5.6 uiteen zal zetten, is de betekenis van deze regel naar Nederlands procesrecht niet zo duidelijk. In de Nederlandse rechtspraak wordt de onpartijdigheid van een deskundige voornamelijk feitelijk beoordeeld. Deze beoordeling staat zelden expliciet in de sleutel van de Straatsburgse rechtspraak over de onpartijdigheid van deskundigen, die onderwerp was van de vorige paragraaf. In andere landen gebeurt dat wel. Vooral in landen waarin de deskundige kan worden gewraakt, is het gebruikelijk de onpartijdigheid van een deskundige te toetsen aan de maatstaven uit de rechtspraak van het EHRM. Deze toetsing werpt licht op de betekenis van die maatstaven voor de nationale rechtspraktijk. Het overzicht van de betekenis van de eis van onpartijdigheid van een deskundige in andere landen, gevoegd bij de inzichten uit de vorige paragraaf; zal dan ook in par. 5.5 de verhandeling over de eis van onpartijdigheid naar Nederlands procesrecht kleuren. Dat geldt in veel mindere mate voor de verplichting om de opdracht 'naar beste weten' te vervullen, die centraal staat in par. 5.6. Zowel in Nederland als in andere landen is de betekenis daarvan aanzienlijk minder uitgewerkt dan de betekenis van de verplichting om de opdracht onpartijdig te vervullen.