RFR 2011/30
Kinderalimentatie. Wat is de behoefte van een uit huis geplaatst kind tijdens de looptijd van de wettelijke schuldsanering?
HR 24-12-2010, ECLI:NL:HR:2010:BO8484
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
24 december 2010
- Magistraten
Mrs. D.H. Beukenhorst, A.M.J. van Buchem-Spapens, W.A.M. van Schendel, C.A. Streefkerk, W.D.H. Asser
- Zaaknummer
10/02868
- Conclusie
A-G Wuisman
- LJN
BO8484
- JCDI
JCDI:ADS880690:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Personen- en familierecht / Alimentatie
Sociale zekerheid kinderen en jongeren / Jeugdzorg
Burgerlijk procesrecht (V)
Personen- en familierecht / Familieprocesrecht
Personen- en familierecht / Kinderbescherming
Staatsrecht / Rechtspraak
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2010:BO8484, Uitspraak, Hoge Raad, 24‑12‑2010
ECLI:NL:PHR:2010:BO8484, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 12‑11‑2010
- Wetingang
BW art. 1:401; Wet op de Jeugdzorg art. 72
Essentie
Kinderalimentatie. Familieprocesrecht.
Kan de vrouw worden verweten dat zij de ouderbijdrage uit hoofde van de Wet op de Jeugdzorg niet heeft voldaan tijdens de toepassing van de schuldsanering, waardoor ten tijde van de uithuisplaatsing van de kinderen geen behoefte bestond aan een onderhoudsbijdrage?
Samenvatting
Partijen zijn met elkaar gehuwd geweest. Uit dit huwelijk zijn twee kinderen geboren. De rechtbank heeft bepaald dat de man kinderalimentatie moet betalen ter grootte van € 136,13 per kind per maand. De kinderen verbleven bij de moeder maar zijn in 2006 uit huis geplaatst. In de periode van 23 februari 2006 tot 26 november ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.