Voor zover hierna wordt verwezen naar paginanummers van het proces-verbaal, wordt telkens verwezen naar bijlagen van het in de wettelijke vorm door verbalisant [verbalisant] , brigadier van politie Midden-Nederland opgemaakt proces-verbaal, genummerd 2014 116552 (09RIJK), gedateerd 8 april 2015 (hierna: het proces-verbaal). Voor zover het hof de conclusies uit dit proces-verbaal en de daarbij gevoegde bijlagen overneemt, zijn deze door het hof gecontroleerd en juist bevonden aan de hand van de daaraan ten grondslag liggende stukken.
Hof Arnhem-Leeuwarden, 07-02-2017, nr. 21-004538-15
ECLI:NL:GHARL:2017:823, Hoger beroep: (Gedeeltelijke) vernietiging en zelf afgedaan
- Instantie
Hof Arnhem-Leeuwarden
- Datum
07-02-2017
- Zaaknummer
21-004538-15
- Vakgebied(en)
Strafrecht algemeen (V)
Strafprocesrecht (V)
- Brondocumenten en formele relaties
ECLI:NL:GHARL:2017:823, Uitspraak, Hof Arnhem-Leeuwarden, 07‑02‑2017; (Hoger beroep)
Eerste aanleg: ECLI:NL:RBMNE:2015:5509, (Gedeeltelijke) vernietiging en zelf afgedaan
Cassatie: ECLI:NL:HR:2018:391, Niet ontvankelijk
Uitspraak 07‑02‑2017
Inhoudsindicatie
Veroordeling wegens medeplegen van een woningoverval, afpersing in vereniging, medeplegen van poging tot doodslag op twee politieagenten en medeplegen van gijzeling. Vrijspraak gevoegde zaak (poging tot zware mishandeling, bedreiging en mishandeling). Mede daarom legt het hof een lagere straf op dan de rechtbank, namelijk twaalf jaar gevangenisstraf.
Afdeling strafrecht
Parketnummer: 21-004538-15
Uitspraak d.d.: 7 februari 2017
TEGENSPRAAK
Promis
Arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken
gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de rechtbank Midden-Nederland van 23 juli 2015 in de in eerste aanleg gevoegde strafzaken, parketnummers 16-701315-14 en 16-661945-14, tegen
[verdachte] ,
geboren te [geboorteplaats] op [1991] ,
thans verblijvende in [PI verblijfplaats] .
Het hoger beroep
De verdachte heeft tegen het hiervoor genoemde vonnis hoger beroep ingesteld.
Onderzoek van de zaak
Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzittingen van het hof van 10 mei 2016 en 24 januari 2017 en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422 van het Wetboek van Strafvordering, het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal. Deze vordering is na voorlezing aan het hof overgelegd. Het hof heeft voorts kennis genomen van hetgeen door verdachte en zijn raadsvrouw, mr. B.L.M. Ficq, naar voren is gebracht.
Het vonnis waarvan beroep
Het hof zal het vonnis waarvan beroep vernietigen omdat het deels tot een andere bewijsbeslissing komt en omdat het tot een andere strafoplegging komt en daarom opnieuw rechtdoen.
De tenlastelegging
Aan verdachte is -na wijziging van de tenlastelegging ter terechtzitting in hoger beroep- tenlastegelegd dat:
Zaak met parketnummer 16-701315-14:
1:hij op of omstreeks 12 mei 2014 te Utrecht, althans in het arrondissement
Midden-Nederland,
tussen 00:30 en 00:41, in elk geval gedurende de voor de nachtrust bestemde
tijd, in een woning (gelegen aan [adres] te Utrecht),
tezamen en in vereniging met anderen, althans alleen,
met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen:
-een tas met inhoud (onder meer sleutels, een geldbedrag van ongeveer EUR 700
en/of een portemonnee (waarin een geldbedrag van ongeveer EUR 600));
-een I-pod en/of een I-phone;
in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 1] , [slachtoffer 2]
en/of [slachtoffer 3] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en zijn
mededaders, welke diefstal werd voorafgegaan en/of vergezeld en/of gevolgd van
geweld en/of bedreiging met geweld tegen voornoemde [slachtoffer 1] , [slachtoffer 2] en/of
[slachtoffer 3] , [slachtoffer 4] en/of [slachtoffer 5] , gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor
te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op heterdaad
aan zichzelf en aan andere deelnemers van voormeld misdrijf hetzij de vlucht
mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren,
welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond(en) dat hij,
verdachte en/of zijn mededaders:
-gewapend met vuurwapens, althans daarop gelijkende voorwerpen, de woning aan
[adres] zijn binnengedrongen;
-vuurwapens hebben gericht op die [slachtoffer 1] , [slachtoffer 2] , [slachtoffer 4] en/of [slachtoffer 5] ;
-meermalen tegen die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] hebben gezegd: "waar is het geld?",
althans woorden van gelijke aard of strekking;
-hebben geschoten met een vuurwapen in de woning (in de richting van/op een
televisie);
-meermalen tegen die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] hebben geroepen: "als je geen geld
geeft dan maken we jullie dood", althans woorden van gelijke dreigende aard of
strekking;
-tiewraps, althans op handboeien gelijkende voorwerpen, hebben gebonden om de
polsen van voornoemde [slachtoffer 1] , [slachtoffer 2] , [slachtoffer 4] en/of [slachtoffer 5] ;
-die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] onder bedreiging van vuurwapens hebben gedwongen
mee te lopen naar een kluis in een slaapkamer;
-tegen die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] hebben gezegd: "de kluis moet open", "als
jullie geen geld geven dan vermoorden we jullie" en/of "ik schiet je kind
dood", althans (telkens) woorden van gelijke dreigende aard of strekking;
-die [slachtoffer 1] meermalen hebben geslagen, geschopt en/of geduwd;
-die [slachtoffer 2] meermalen hebben geslagen, geschopt en/of geduwd;
2:hij op of omstreeks 12 mei 2014 te Utrecht, althans in het arrondissement
Midden-Nederland,
tussen 00:30 en 00:41, in elk geval gedurende de voor de nachtrust bestemde
tijd, in een woning (gelegen aan [adres] te Utrecht),
tezamen en in vereniging met anderen, althans alleen,
met het oogmerk om zich en/of anderen wederrechtelijk te bevoordelen,
door geweld en/of bedreiging met geweld [slachtoffer 2] heeft gedwongen tot de
afgifte van:
-een ketting met hanger;
in elk geval van enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan voornoemde
[slachtoffer 2] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en zijn
mededaders, welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond(en)
dat hij, verdachte en/of zijn mededaders:
-gewapend met vuurwapens, althans daarop gelijkende voorwerpen, de woning aan
[adres] zijn binnengedrongen;
-vuurwapens hebben gericht op die [slachtoffer 1] , [slachtoffer 2] , [slachtoffer 4] en/of [slachtoffer 5] ;
-meermalen tegen die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] hebben gezegd: "waar is het geld?",
althans woorden van gelijke aard of strekking;
-hebben geschoten met een vuurwapen in de woning (in de richting van/op een
televisie);
-meermalen tegen die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] hebben geroepen: "als je geen geld
geeft dan maken we jullie dood", althans woorden van gelijke dreigende aard of
strekking;
-tiewraps, althans op handboeien gelijkende voorwerpen, hebben gebonden om de
polsen van voornoemde [slachtoffer 1] , [slachtoffer 2] , [slachtoffer 4] en/of [slachtoffer 5] ;
-die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] onder bedreiging van vuurwapens hebben gedwongen
mee te lopen naar een kluis in een slaapkamer;
-tegen die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] hebben gezegd: "de kluis moet open", "als
jullie geen geld geven dan vermoorden we jullie" en/of "ik schiet je kind
dood", althans (telkens) woorden van gelijke dreigende aard of strekking;
-die [slachtoffer 1] meermalen hebben geslagen, geschopt en/of geduwd;
-die [slachtoffer 2] meermalen hebben geslagen, geschopt en/of geduwd;
3:hij op of omstreeks 12 mei 2014 te Utrecht, althans in het arrondissement
Midden-Nederland,
ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in
vereniging met anderen, althans alleen, opzettelijk de
opsporingsambtena(a)r(en), in het onderzoek 09Rijk14 aangeduid met (de)
nummer(s) 790441 en/of 768849 van het leven te beroven, tezamen en in
vereniging met anderen, althans alleen, met dat opzet als volgt heeft
gehandeld, hebbende hij, verdachte en/of zijn mededaders:
meermalen met vuurwapens geschoten in de richting van voornoemde
opsporingsambtena(a)r(en), die zich in de (directe) nabijheid van hem,
verdachte en zijn mededaders bevonden,
zijnde de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet voltooid,
welke vorenomschreven poging doodslag werd vergezeld van en/of voorafgegaan
door strafbare feiten, althans enig strafbaar feit, te weten
-diefstal met geweld en/of bedreiging met geweld in vereniging;
-afpersing in vereniging;
-gijzeling in vereniging,
en welke poging doodslag werd gepleegd met het oogmerk om de uitvoering van
die feiten, althans dat feit, gemakkelijk te maken en/of om, bij betrapping
op heterdaad, aan zichzelf en aan de andere deelnemers straffeloosheid en/of
het bezit van het wederrechtelijk verkregene te verzekeren;
4:hij op of omstreeks 12 mei 2014 te Utrecht, althans in het arrondissement
Midden-Nederland,
tezamen en in vereniging met anderen, althans alleen,
opzettelijk één of meer personen, genaamd [slachtoffer 4] en/of [slachtoffer 5] (zijnde de
kinderen van [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] )
wederrechtelijk van de vrijheid heeft beroofd en/of beroofd gehouden,
met het oogmerk anderen, te weten [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] te dwingen iets te doen
of niet te doen,
te weten een hoeveelheid geld aan verdachte en/of zijn mededaders af te geven
en/of aan te wijzen waar zich geld bevindt,
immers hebben hij, verdachte en/of zijn mededaders:
-onder bedreiging van vuurwapens die [slachtoffer 1] , [slachtoffer 2] , [slachtoffer 4] en/of [slachtoffer 5]
gedwongen te zitten op een bank in een (woon)kamer van hun woning;
-tiewraps, althans op handboeien gelijkende voorwerpen, gebonden om de polsen
van voornoemde [slachtoffer 1] , [slachtoffer 2] , [slachtoffer 4] en/of [slachtoffer 5] ;
-die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] gedwongen mee te lopen naar een kluis in een
slaapkamer;
-tegen die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] gezegd: "waar is het geld", "de kluis moet
open", "ik schiet je kind dood" en/of "als jullie geen geld geven dan
vermoorden we jullie", althans (telkens) woorden van gelijke dreigende aard of
strekking;
Zaak met parketnummer 16-661945-14 (gevoegd):
1. primair:hij op of omstreeks 19 april 2014 te Amsterdam tezamen en in vereniging met anderen of een ander, althans alleen, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om aan [slachtoffer 6] , althans een onbekend gebleven persoon, opzettelijk zwaar lichamelijk letsel toe te brengen, met dat opzet (meermalen) (met kracht) - die [slachtoffer 6] , althans die onbekend gebleven persoon, heeft geslagen en/of gestompt (tengevolge waarvan die [slachtoffer 6] , althans die onbekend gebleven persoon, op de grond is gevallen) en/of - heeft getrapt en/of geschopt tegen het hoofd en/of de romp en/of het/de be(e)n(en), althans het lichaam van die [slachtoffer 6] , althans die onbekend gebleven persoon, (terwijl die [slachtoffer 6] , althans die onbekend gebleven persoon, op de grond lag), terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
1. subsidiair:hij op of omstreeks 19 april 2014 te Amsterdam met een ander of anderen, op of aan de openbare weg, de [adres] (ter hoogte van perceelnummer [perceelnummer] ), in elk geval op of aan een openbare weg, openlijk in vereniging geweld heeft gepleegd tegen [slachtoffer 6] , althans een onbekend gebleven persoon, welk geweld bestond uit het (meermalen) (met kracht) - slaan en/of stompen van die [slachtoffer 6] , althans die onbekend gebleven persoon, (tengevolge waarvan die [slachtoffer 6] , althans die onbekend gebleven persoon, op de grond is gevallen) en/of - trappen en/of schoppen tegen het hoofd en/of de romp en/of het/de be(e)n(en), althans het lichaam van die [slachtoffer 6] , althans die onbekend gebleven persoon, (terwijl die [slachtoffer 6] , althans die onbekend gebleven persoon, op de grond lag);
1. meer subsidiair:hij op of omstreeks 19 april 2014 te Amsterdam tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, [slachtoffer 6] , althans een onbekend gebleven persoon, heeft mishandeld, door die [slachtoffer 6] , althans die onbekend gebleven persoon, (meermalen) (met kracht) - te slaan en/of te stompen tegen het lichaam (tengevolge waarvan die [slachtoffer 6] , althans die onbekend gebleven persoon, op de grond is gevallen) en/of - te trappen en/of schoppen tegen het hoofd en/of de romp en/of het/de be(e)n(en), althans het lichaam van die [slachtoffer 6] , althans die onbekend gebleven persoon, (terwijl die [slachtoffer 6] , althans die onbekend gebleven persoon, op de grond lag);
2:hij op of omstreeks 19 april 2014 te Amsterdam, althans in het arrondissement Amsterdam, [slachtoffer 7] heeft mishandeld door (meermalen) (met kracht) tegen het/de be(e)n(en), althans het lichaam van die [slachtoffer 7] te trappen en/of te schoppen;
3:hij op of omstreeks 19 april 2014 te Amsterdam, althans in het arrondissement Amsterdam, [slachtoffer 7] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht, althans met zware mishandeling, immers heeft verdachte opzettelijk dreigend - een gevechtshouding aangenomen en/of - op zijn borst geslagen en/of - een snijdende beweging gemaakt met zijn (rechter)hand in de richting van die [slachtoffer 7] en/of - een hek opgetild en in de richting van die [slachtoffer 7] gegooid, althans hiertoe aanstalten gemaakt en/of (daarbij) voornoemde [slachtoffer 7] dreigend de woorden toegevoegd: "wacht maar, ik ga je dood schieten. Ik kom terug voor je" en/of "kom een tegen een", althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking.
Indien in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze verbeterd. De verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.
Vrijspraak zaak met parketnummer 16-661945-14
De camerabeelden waarop verdachte te zien zou zijn als degene die geweld zou hebben gepleegd en bedreigingen zou hebben geuit, zijn naar het oordeel van het hof niet voldoende duidelijk. Daarnaast bevat het dossier, in het bijzonder de verklaring van getuige [slachtoffer 7] , tegenstrijdigheden over de herkenning van verdachte.
Het hof heeft derhalve uit het onderzoek ter terechtzitting niet door de inhoud van wettige bewijsmiddelen de overtuiging bekomen dat verdachte het in de zaak met parketnummer 16-661945-14 onder 1 primair, 1 subsidiair, 1 meer subsidiair, 2 en 3 tenlastegelegde heeft begaan, zodat verdachte daarvan behoort te worden vrijgesproken.
Bewijsmiddelen1.
Ten aanzien van het in de zaak met parketnummer 16-701315-14 onder 1, 2 en 4 tenlastegelegde:
Gelet op de bekennende verklaring van verdachte en gelet op het feit dat de raadsvrouw geen vrijspraak heeft bepleit volstaat het hof ten aanzien van het onder 1, 2, en 4 bewezenverklaarde, conform artikel 359, derde lid, laatste volzin, van het Wetboek van Strafvordering, met een opgave van de bewijsmiddelen:
- De bekennende verklaring van verdachte, afgelegd bij de politie2.en ter zitting van het hof3.
- Het proces-verbaal van aangifte4.en de aanvullende verklaring5.van [slachtoffer 1] .
- Het proces-verbaal van aangifte6.en de aanvullende verklaring7.van [slachtoffer 2] .
Ten aanzien van het in de zaak met parketnummer 16-701315-14 onder 3 tenlastegelegde:
Met de rechtbank overweegt het hof met betrekking tot de gebezigde bewijsmiddelen het volgende:
Verdachte heeft bij de politie - zakelijk weergegeven - het volgende verklaard:
Mij was voor de overval verteld dat het om Chinese mensen ging8., die veel geld hadden. De anderen hadden alles al bekeken en hen gevolgd. Ze hadden verteld dat het om een echtpaar ging en twee beveiligers.9.Het was onder andere mijn taak om de bewapende beveiligers onder schot te houden en hun wapens af te pakken.10.Die zondag zijn wij een uur of twee tevoren bij elkaar gekomen. Wij zijn met de auto die later is teruggevonden vanuit Amsterdam vertrokken. Er waren vier wapens. Iedereen had een wapen.11.Er is in de woning in de tv geschoten. Voor en na het schieten werd er geroepen dat wij geld wilden.12.
Toen wij geschreeuw hoorden zijn wij weggerend. Ik volgde de andere jongens naar de achtertuin. De andere jongens klommen allemaal over het hek. Ik hoorde de politie “stop” roepen. Ik draaide mij om, zag niemand, draaide mij weer om, om over het hek te springen en werd vervolgens neergeschoten. Ik ben vervolgens naar de auto gevlucht,13.de Golf GTI14.Eén van de jongens was hem gesmeerd. Wij reden met zijn drieën weg in de auto.15.
Ter zitting van de rechtbank op 9 juli 2015 heeft de verdachte verklaard dat hem gezegd was dat het om een echtpaar en beveiligers zou gaan. De beveiligers zouden met vuurwapens zijn bewapend.
Verbalisant bekend onder nummer 790441 heeft, zakelijk weergegeven, het volgende verklaard: Op 12 mei 2014 omstreeks 00.40 uur kwam een melding van mogelijke vechtpartij op adres [adres] te Utrecht bij mr [slachtoffer 1] binnen.16.De voordeur van de woning ging open en een Chinese man riep: “Overval, overval” Hij zei dat de daders via de achterkant wegvluchtten. Ik ben naar de achterzijde van de woning gerend. Ik zag een zwarte schim. Ik riep met luide stem meerdere malen “politie, politie, staan blijven”. De schim dook de bosschages in en ik dook erachter aan. Ik zag dat de schim een persoon was en stopte. Ik zag dat de persoon een bivakmuts droeg. Van een afstand van 1 meter zag ik dat de persoon een voorwerp vasthield. Op de manier waarop hij dit vasthield dacht ik meteen aan een jachtgeweer. Ik zag dat de persoon zich in mijn richting draaide en dacht dat hij zou schieten. Ik trok mijn dienstwapen en heb op de persoon geschoten.17.
Nadat ik had geschoten ben ik onmiddellijk weggerend naar de voorzijde van de woning om dekking te zoeken. Ik ben via de voorzijde van de woning de tuin uit gerend. Ik ben vervolgens linksaf gelopen naar [adres] . Op de hoek heb ik bij de parkeerplaats bij het tuinhek dekking gezocht. Ik ben toen op mijn knieën gaan zitten. Ik zag dat 768849 op straat stond en meerdere schoten afvuurde in de richting van de [adres] . Nadat ik hem zag schieten hoorde ik zeer luide knallen uit de richting van de [adres] komen.18.Ik heb zelf nog een aantal malen geschoten in de richting waar vandaan de zware knallen kwamen. Ik zag op een gegeven moment toen ik in de richting van de [adres] keek een Volkswagen Golf wegrijden.19.Het geluid van onze dienstwapens klonk als een klappertjespistool vergeleken bij de andere schoten.20.
Verbalisant bekend onder nummer 768849 heeft, zakelijk weergegeven, het volgende gerelateerd: Ter plaatse op [adres] deed een jongen de deur open. Hij vertelde dat er een overval was en dat daders op dat moment via de achterkant weggingen.21.
Een manspersoon rende naar de bosjes. We renden naar die persoon. Hij had zich klem gelopen op een hek. Ik hoorde 790441 luid en duidelijk een paar keer roepen “Politie, politie”. Op het moment dat ik mij omdraaide hoorde ik knallen. Ik weet niet hoeveel. Dit herkende ik als schoten.22.
Ik rende terug naar de hoek van het huis omdat we werden beschoten. Ik rende voor de bosjes langs richting [adres] . Ik hoorde twee soorten knallen. Het ene was scheller, en het andere wat voller en harder en lager van toon. Ik ben gaan schuilen achter de bosschages om niet geraakt te worden. Ik ben toen op de hoek gaan staan. Ik keek over de stoep tussen de auto’s en de bosjes.
Ik zag iemand in het zwart gekleed dicht bij een voertuig staan. Ik zag aan de andere kant ook lichtflitsen van mondingsvuur. Ik heb in de richting van die persoon geschoten.23.
Ik zag nog een andere vlam vanaf de andere kant van de auto. Ik zag die persoon niet, maar ik had het idee dat ik door die persoon werd beschoten. Om mijn lijf te redden heb ik achter een auto dekking gezocht. Toen ik achter de auto kwam ben ik naar rechts uitgestapt en vuurde in het richting van het mondingsvuur.24.
Het schietincident vond plaats op [adres] te Utrecht. De weg is gelegen in oost- / westelijke richting. Aan de oostzijde ligt, haaks op [adres] , de [adres] ; aan de westzijde ligt de [adres] en, verderop, [adres] en de [adres] .
Aan de zijde van [adres] is een grote parkeerplaats behorende bij restaurant [slachtoffer 1] gelegen. Vanaf de [adres] gezien is aan de achterzijde van de parkeerplaats het perceel [adres] gesitueerd. [adres] is een rechte weg, waarbij aan beide zijden van de doorgaande weg voertuigen in parkeerhavens staan geparkeerd. Aan de linkerzijde, zuidzijde, van [adres] is, gezien vanaf de [adres] , eerst de parkeerplaats gelegen, hierna perceel [adres] en hier achter openbaar groen.25.
Door de politie is onderzoek verricht aan [adres] en rondom de (vrijstaande) woning op het perceel [adres] te Utrecht. Verbalisanten hebben het volgende gerelateerd:
Bij het onderzoek op de plaats delict zagen wij vanaf de hoek rechts voor van het perceel enigszins schuin in noordwestelijke richting weglopend over de weg een spoor van hulzen (4, 5, 6, 7, 8, 9 en 10). Het betroffen hulzen met een groene rand rond het slaghoedje, hetgeen veelal zichtbaar is bij de munitie die aan politiemensen wordt verstrekt.
Vervolgens zagen wij in een voertuig, merk Citroën, voorzien van het kenteken [kenteken] en geparkeerd aan de linkerzijde van de weg, nabij de hoek aan de rechtervoorzijde van het perceel [adres] , aan de rechterzijde drie beschadigingen (11, 12, 13) en een beschadiging aan de linker voorzijde in de motorkap (14) en in de grill van dit voertuig (15).26.Bij nader onderzoek bleek het volgende:
Er werden in de rechter zijkant van de Citroën beschadigingen aangetroffen die duidden op twee kogelbanen van achteren naar voren. In het rechterachterportier werd een kogel aangetroffen die waarschijnlijk afkomstig is van politiemunitie.
Aan de voorkant in het front en in de motorkap werden beschadigingen aangetroffen die duidden op minimaal vier schotbanen van voor naar achteren. Opvallend is hierbij dat de beschadigingen 7 en 8 zeer dicht bij elkaar liggen en alleen in hoogte iets verschillen. In de grill werd de mantel van een kogel aangetroffen die van andere munitie afkomstig is dan die van de politie.27.
In de stam van de boom, staande voor de Citroën, werd een metaalfragment (16) aangetroffen.28.Dit was aan de oostzijde van de boom.29.
Verder werd er een huls (17) aangetroffen op het trottoir, nabij het afgesloten hekje. Dit bleek geen politiehuls te zijn.
Vervolgens zagen wij in de achterbumper van een voertuig, personenauto, merk Ford, voorzien van het kenteken [kenteken] en geparkeerd aan de linkerzijde van de weg, een gat (18) zitten.30.Bij nader onderzoek werden in de achterbumper en de achterkant van chassis/subframe achterwielophanging links beschadigingen aangetroffen die duidden op twee kogelbanen van achteren naar voren.31.
Onder dit voertuig zagen wij twee fragmenten liggen (19 en 20). Naar het leek betroffen dit een kogel en fragment van een kogel.
Op de parkeerhaven nabij de veiliggestelde bloedsporen (1 en 2) werd een huls (21) aangetroffen. Dit zou volgens de collega’s ook de plaats zijn geweest ter hoogte waarvan het voertuig van de daders zou hebben gestaan. Deze huls blijkt afwijkend van de munitie die aan de politie wordt verstrekt.
In een aan de linkerzijde van de weg staande Audi, voorzien van het kenteken [kenteken] , voorbij de lege parkeerhaven, werd aan de rechterzijde een beschadiging (23) aangetroffen. Dit bleek een oppervlakkige krasbeschadiging te zijn, maar hoogstwaarschijnlijk wel ten gevolge van een verschoten kogel.
Naast het voertuig op het wegdek werd een huls (22) aangetroffen. Deze bleek niet afkomstig te zijn van politiemunitie.
Verder werd op het trottoir, aan de linkerzijde van de weg voorbij de Audi en richting [adres] , een kogel (24) aangetroffen.32.Deze bleek afkomstig van politiemunitie.33.
Uit onderzoek naar het op de plaats delict aangetroffen wapen en munitiedelen en -sporen bleek het volgende34.:
Pistool met geluidsdemper (AAHE3323NL)35.
Aan de buitenzijde van het tuinhek van de woning werd een vuurwapen aangetroffen.
Het pistool heeft de opschriften en uiterlijke kenmerken van een semiautomatisch werkend pistool, van het merk Ceska Zbrojovka, model 70, kaliber 7.65 Browning. Bij het pistool bevindt zich een geluidsdemper.36.In de kamer van het pistool bleek 1 patroon te zitten.37.
Drie hulzen 7.65 mm Browning
AAHD3239NL Huls aangetroffen in woonkamer.38.
AAHE3330NK Spoor 22 op wegdek [adres] richting [adres] .39.
AAHE3334NL Spoor 17, bij tuinhek.40.
Er zijn aanwijzingen dat de drie hulzen zijn verschoten met één vuurwapen, maar niet met het aangetroffen pistool. De hulzen zijn vermoedelijk verschoten met een machinepistool, kaliber 7.65 mm Browning, type Skorpion.41.
Twee hulzen 7,62x39mm
AAHE3327NL Spoor 26 op trottoir voor tuinhek.42.
AAHE3331NL Spoor 21 op parkeerhaven, thv vermoedelijke staanplaats voertuig daders.43.
Er zijn aanwijzingen dat de twee hulzen zijn verschoten met één vuurwapen. De hulzen zijn vermoedelijk verschoten met een aanvalsgeweer kaliber 7.62x39mm, type AK47 (Kalashnikov).44.
Kogelmanteldelen
AAHE3335NL Spoor 16 in boom nabij aangetroffen Citroën.45.
AAGZ5389NL Aangetroffen in de grill rechtsvoor van de Citroën.46.
De twee kogeldelen passen bij kogels van het kaliber 7.65 mm Browning. De afvuursporen van kogelmanteldeel (AAGZ5389NL) passen zowel bij die van het aangetroffen pistool als bij andere merken vuurwapens waaronder machinepistolen van het type Skorpion.47.
Naast politiemunitie werden er delen van 2 soorten niet-politiemunitie aangetroffen.
De vindplaatsen van de beschadigingen, alsmede de munitiedelen van politiemunitie en niet-politiemunitie passen bij een schotenwisseling min of meer evenwijdig aan [adres] , waarbij de politiemunitie in westelijke richting is verschoten en niet-politiemunitie in oostelijke richting. De Citroën en de Ford stonden beide aan de linkerzijde van [adres] , met de voorzijde in westelijke richting. In de Citroën en de Ford werden 2 schotbanen van achteren naar voren aangetroffen. Deze schotbanen passen bij schoten afgevuurd door de politie. In de Citroën werden 4 schotbanen van voren naar achteren aangetroffen. Deze schotbanen passen bij schoten afgevuurd door de daders.48.
Verbalisant 768849 heeft bij de raadsheer-commissaris verklaard over de auto waarachter hij, zoals hiervoor weergegeven, dekking heeft gezocht. Dit is de Citroën geweest.49.Verbalisant 790441 heeft bij de raadsheer-commissaris verklaard dat hij zich gedurende de schotenwisseling bevond op de hoek van de tuin, dichtbij de auto waarachter 768849 dekking zocht.50.
Overweging met betrekking tot het bewijs
De raadsvrouw van verdachte heeft aangevoerd dat het onder 3 tenlastegelegde niet bewezen kan worden verklaard, aangezien verdachte zelf geen uitvoeringshandelingen heeft verricht en niet kan worden bewezen dat verdachte opzet heeft gehad op het gronddelict.
Uit de hiervoor genoemde bewijsmiddelen blijkt dat verdachte en de medeverdachten met (in elk geval drie) geladen vuurwapens naar de woning van de familie [familienaam] zijn gegaan om een overval te plegen. Verdachte heeft verklaard dat het zijn taak was om bij de overval met vuurwapens bewapende beveiligers onder schot te houden en hun wapens af te pakken. Na de overval zijn de verdachten gevlucht voor de politie, naar een vluchtauto die voorafgaand aan de overval was klaargezet. Daarbij is met twee verschillende vuurwapens in de richting van politieagenten geschoten. Niet kan worden vastgesteld of verdachte één van de schutters is geweest. Het hof is echter van oordeel dat niettemin verdachte medepleger is geweest van de pogingen doodslag op de agenten.
Gelet op de taak die volgens verdachte aan hem was toebedeeld, namelijk het onder schot houden van met vuurwapens bewapende beveiligers, acht het hof het onwaarschijnlijk dat juist verdachte als enige van de vier daders een niet geladen wapen bij zich zou hebben gedragen. Wat daar ook van zij, uit de verwachting van de aanwezigheid van meer dan één bewapende bewaker concludeert het hof dat verdachte ervan uit kon gaan dat in ieder geval zijn mededaders waren voorzien van geladen vuurwapens.
Gelet verder op het feit dat de daders rekening hielden met de aanwezigheid van met vuurwapens bewapende beveiligers en het feit dat de daders zelf voorzien waren van geladen vuurwapens, kan het niet anders dan dat die daders (waaronder verdachte) er rekening mee hebben gehouden dat tijdens of na de overval zodanig verzet zou worden gepleegd dat door één of meer van de overvallers (terug)geschoten zou worden in de richting van anderen die een bedreiging zouden vormen voor de veiligheid van de overvallers of de vlucht van die overvallers zouden beletten.
Door de overvallers is ook daadwerkelijk geschoten, alleen niet in de richting van beveiligers (die niet aanwezig bleken te zijn), maar in de richting van twee politieagenten die gewaarschuwd waren en bij de woning arriveerden op het moment dat de overval gaande was. Eén van de agenten (die achter de overvallers aan naar buiten was gegaan) zag dat verdachte een vuurwapen in handen had en voelde zich bedreigd toen verdachte zich naar hem toedraaide waarna hij in de richting van verdachte schoot. Daarop ontstond een vuurgevecht tussen de daders en de twee politieagenten, welk vuurgevecht de vlucht voor de daders mogelijk maakte.
Deze gang van zaken (een vuurgevecht om de vlucht van de overvallers mogelijk te maken, waarbij er door de overvallers gericht geschoten werd op anderen) is gelet op bovengenoemde omstandigheden te beschouwen als een zo waarschijnlijke mogelijkheid dat verdachte en zijn mededaders zich die mogelijkheid (voor en tijdens die overval) gerealiseerd moeten hebben, waardoor die mogelijkheid besloten lag in de nauwe en bewuste samenwerking tussen verdachte en zijn mededaders voorafgaand en tijdens gepleegde overval en dus ook tijdens de pogingen doodslag op de agenten gesproken kan worden van een nauwe en bewuste samenwerking tussen verdachte en zijn mededaders.
Bewezenverklaring
Door wettige bewijsmiddelen, waarbij de inhoud van elk bewijsmiddel -ook in onderdelen- slechts wordt gebezigd tot het bewijs van dat tenlastegelegde feit waarop het blijkens de inhoud kennelijk betrekking heeft, en waarin zijn vervat de redengevende feiten en omstandigheden waarop de bewezenverklaring steunt, acht het hof wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het in de zaak met parketnummer 16-701315-14 onder 1, 2, 3 en 4 tenlastegelegde heeft begaan, met dien verstande, dat:
Zaak met parketnummer 16-701315-14:
1: hij op of omstreeks 12 mei 2014 te Utrecht, althans in het arrondissement
Midden-Nederland,
tussen 00:30 en 00:41, in elk geval gedurende de voor de nachtrust bestemde
tijd, in een woning (gelegen aan [adres] te Utrecht),
tezamen en in vereniging met anderen, althans alleen,
met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen:
-een tas met inhoud (onder meer sleutels, een geldbedrag van ongeveer EUR 700
en/of een portemonnee (waarin een geldbedrag van ongeveer EUR 600));
-een I-pod en/of een I-phone;
in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 1] , [slachtoffer 2]
en/of [slachtoffer 3] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en zijn
mededaders, welke diefstal werd voorafgegaan en/of vergezeld en/of gevolgd van
geweld en/of bedreiging met geweld tegen voornoemde [slachtoffer 1] , [slachtoffer 2] en/of
[slachtoffer 3] , [slachtoffer 4] en/of [slachtoffer 5] , gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor
te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op heterdaad
aan zichzelf en aan andere deelnemers van voormeld misdrijf hetzij de vlucht
mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren,
welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond(en) dat hij,
verdachte en/of zijn mededaders:
-gewapend met vuurwapens, althans daarop gelijkende voorwerpen, de woning aan
[adres] zijn binnengedrongen;
-vuurwapens hebben gericht op die [slachtoffer 1] , [slachtoffer 2] , [slachtoffer 4] en/of [slachtoffer 5] ;
-meermalen tegen die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] hebben gezegd: "waar is het geld?",
althans woorden van gelijke aard of strekking;
-hebben geschoten met een vuurwapen in de woning (in de richting van/op een
televisie);
-meermalen tegen die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] hebben geroepen: "als je geen geld
geeft dan maken we jullie dood", althans woorden van gelijke dreigende aard of
strekking;
-tiewraps, althans op handboeien gelijkende voorwerpen, hebben gebonden om de
polsen van voornoemde [slachtoffer 1] , [slachtoffer 2] , [slachtoffer 4] en/of [slachtoffer 5] ;
-die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] onder bedreiging van vuurwapens hebben gedwongen
mee te lopen naar een kluis in een slaapkamer;
-tegen die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] hebben gezegd: "de kluis moet open", "als
jullie geen geld geven dan vermoorden we jullie" en/of "ik schiet je kind
dood", althans (telkens) woorden van gelijke dreigende aard of strekking;
-die [slachtoffer 1] meermalen hebben geslagen, geschopt en/of geduwd;
-die [slachtoffer 2] meermalen hebben geslagen, geschopt en/of geduwd;
2: hij op of omstreeks 12 mei 2014 te Utrecht, althans in het arrondissement
Midden-Nederland,
tussen 00:30 en 00:41, in elk geval gedurende de voor de nachtrust bestemde
tijd, in een woning (gelegen aan [adres] te Utrecht),
tezamen en in vereniging met anderen, althans alleen,
met het oogmerk om zich en/of anderen wederrechtelijk te bevoordelen,
door geweld en/of bedreiging met geweld [slachtoffer 2] heeft gedwongen tot de
afgifte van:
-een ketting met hanger;
in elk geval van enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan voornoemde
[slachtoffer 2] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en zijn
mededaders, welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond(en)
dat hij, verdachte en/of zijn mededaders:
-gewapend met vuurwapens, althans daarop gelijkende voorwerpen, de woning aan
[adres] zijn binnengedrongen;
-vuurwapens hebben gericht op die [slachtoffer 1] , [slachtoffer 2] , [slachtoffer 4] en/of [slachtoffer 5] ;
-meermalen tegen die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] hebben gezegd: "waar is het geld?",
althans woorden van gelijke aard of strekking;
-hebben geschoten met een vuurwapen in de woning (in de richting van/op een
televisie);
-meermalen tegen die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] hebben geroepen: "als je geen geld
geeft dan maken we jullie dood", althans woorden van gelijke dreigende aard of
strekking;
-tiewraps, althans op handboeien gelijkende voorwerpen, hebben gebonden om de
polsen van voornoemde [slachtoffer 1] , [slachtoffer 2] , [slachtoffer 4] en/of [slachtoffer 5] ;
-die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] onder bedreiging van vuurwapens hebben gedwongen
mee te lopen naar een kluis in een slaapkamer;
-tegen die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] hebben gezegd: "de kluis moet open", "als
jullie geen geld geven dan vermoorden we jullie" en/of "ik schiet je kind
dood", althans (telkens) woorden van gelijke dreigende aard of strekking;
-die [slachtoffer 1] meermalen hebben geslagen, geschopt en/of geduwd;
-die [slachtoffer 2] meermalen hebben geslagen, geschopt en/of geduwd;
3: hij op of omstreeks 12 mei 2014 te Utrecht, althans in het arrondissement
Midden-Nederland,
ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in
vereniging met anderen, althans alleen, opzettelijk de
opsporingsambtena(a)r(en), in het onderzoek 09Rijk14 aangeduid met (de)
nummer(s) 790441 en/of 768849 van het leven te beroven, tezamen en in
vereniging met anderen, althans alleen, met dat opzet als volgt heeft
gehandeld, hebbende hij, verdachte en/of zijn mededaders:
meermalen met vuurwapens geschoten in de richting van voornoemde
opsporingsambtena(a)r(en), die zich in de (directe) nabijheid van hem,
verdachte en zijn mededaders bevonden,
zijnde de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet voltooid,
welke vorenomschreven poging doodslag werd vergezeld van en/of voorafgegaan
door strafbare feiten, althans enig strafbaar feit, te weten
-diefstal met geweld en/of bedreiging met geweld in vereniging;
-afpersing in vereniging;
-gijzeling in vereniging,
en welke poging doodslag werd gepleegd met het oogmerk om de uitvoering van
die feiten, althans dat feit, gemakkelijk te maken en/of om, bij betrapping
op heterdaad, aan zichzelf en aan de andere deelnemers straffeloosheid en/of
het bezit van het wederrechtelijk verkregene te verzekeren;
4: hij op of omstreeks 12 mei 2014 te Utrecht, althans in het arrondissement
Midden-Nederland,
tezamen en in vereniging met anderen, althans alleen,
opzettelijk één of meer personen, genaamd [slachtoffer 4] en/of [slachtoffer 5] (zijnde de
kinderen van [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] )
wederrechtelijk van de vrijheid heeft beroofd en/of beroofd gehouden,
met het oogmerk anderen, te weten [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] te dwingen iets te doen
of niet te doen,
te weten een hoeveelheid geld aan verdachte en/of zijn mededaders af te geven
en/of aan te wijzen waar zich geld bevindt,
immers hebben hij, verdachte en/of zijn mededaders:
-onder bedreiging van vuurwapens die [slachtoffer 1] , [slachtoffer 2] , [slachtoffer 4] en/of [slachtoffer 5]
gedwongen te zitten op een bank in een (woon)kamer van hun woning;
-tiewraps, althans op handboeien gelijkende voorwerpen, gebonden om de polsen
van voornoemde [slachtoffer 1] , [slachtoffer 2] , [slachtoffer 4] en/of [slachtoffer 5] ;
-die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] gedwongen mee te lopen naar een kluis in een
slaapkamer;
-tegen die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] gezegd: "waar is het geld", "de kluis moet
open", "ik schiet je kind dood" en/of "als jullie geen geld geven dan
vermoorden we jullie", althans (telkens) woorden van gelijke dreigende aard of
strekking;
Het hof acht niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is tenlastegelegd dan hierboven is bewezenverklaard, zodat deze daarvan behoort te worden vrijgesproken.
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
Het in de zaak met parketnummer 16-701315-14 onder 1 bewezen verklaarde levert op:
diefstal, voorafgegaan en vergezeld van geweld en bedreiging met geweld tegen personen, gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken, terwijl het feit wordt gepleegd gedurende de voor de nachtrust bestemde tijd in een woning en terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen.
Het in de zaak met parketnummer 16-701315-14 onder 2 bewezen verklaarde levert op:
afpersing, terwijl het feit wordt gepleegd gedurende de voor de nachtrust bestemde tijd in een woning en terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen.
Het in de zaak met parketnummer 16-701315-14 onder 3 bewezen verklaarde levert op:
medeplegen van poging tot doodslag, voorafgegaan van een strafbaar feit en gepleegd met het oogmerk om, bij betrapping op heterdaad, aan zichzelf of andere deelnemers aan dat feit hetzij straffeloosheid hetzij het bezit van het wederrechtelijk verkregene te verzekeren, meermalen gepleegd.
Het in de zaak met parketnummer 16-701315-14 onder 4 bewezen verklaarde levert op:
medeplegen van gijzeling, meermalen gepleegd.
Strafbaarheid van de verdachte
Verdachte is strafbaar aangezien geen omstandigheid is gebleken of aannemelijk geworden die verdachte niet strafbaar zou doen zijn.
Oplegging van straf en/of maatregel
De hierna te melden strafoplegging is in overeenstemming met de aard en de ernst van het bewezenverklaarde en de omstandigheden waaronder dit is begaan, mede gelet op de persoon van verdachte, zoals van een en ander bij het onderzoek ter terechtzitting is gebleken.
Het hof heeft bij de straftoemeting in het bijzonder in aanmerking genomen -en vindt daarin de redenen die tot de keuze van een onvoorwaardelijke vrijheidsstraf van de hierna aan te geven duur leiden- dat verdachte zich samen met zijn mededaders schuldig heeft gemaakt aan een overval op een woning, afpersing, gijzeling en poging tot doodslag op twee politieagenten.
De verdachten hebben de familie [familienaam] ’s nachts overvallen in hun woning. De verdachten droegen bivakmutsen en hadden geladen vuurwapens bij zich. In de woning waren ten tijde van de overval naast het echtpaar [familienaam] ook de oma en vier kinderen aanwezig. De daders hebben mevrouw [slachtoffer 2] gedwongen haar ketting af te geven, geld en andere voorwerpen weggenomen, de slachtoffers vastgebonden en het echtpaar [familienaam] willen dwingen om (nog meer) geld af te geven. Een van de overvallers heeft in de woning in de televisie geschoten. Er is gedreigd om de slachtoffers en ook de kinderen dood te schieten als zij geen geld gaven. Ook is dhr. [slachtoffer 1] overgoten met een blauwe vloeistof en werd er gedreigd dat hij in brand zou worden gestoken. Hij werd geschopt en geslagen en zijn vrouw werd ook geslagen.
De gevolgen van een overval als de onderhavige zijn voor de slachtoffers zeer ingrijpend. Zij hebben geweld, vernedering en doodsangsten moeten ondergaan in hun eigen woning, bij uitstek de plek waar iemand zich veilig moet voelen. De ervaring leert dat slachtoffers zich nog lange tijd onveilig zullen voelen, ook in hun eigen woning. Daarnaast worden gevoelens van onveiligheid en onrust in de samenleving veroorzaakt. De verdachten hebben bij het plegen van het feit puur uit financieel gewin gehandeld en schuwden daarbij geen geweld. Zij hebben zich geen moment bekommerd om de slachtoffers. Zij hebben door hun handelen een ernstige inbreuk gemaakt op de lichamelijke en geestelijke integriteit van de slachtoffers.
Ook de gevolgen van de schietpartij op de twee agenten zijn zeer ingrijpend. Het betreft een zeer ernstig feit en het is niet aan de verdachten te danken dat het uiteindelijk bij een poging is gebleven en dat geen van de agenten (dodelijk) gewond is geraakt. Dit heeft de agenten in eerste instantie persoonlijk getroffen. Zij zijn geheel onverwacht in een situatie terechtgekomen waarin de dood of het leven van henzelf en van de verdachten op het spel stond. Hoe professioneel zij ook hebben gehandeld, het kan niet anders dan dat dit diepe indruk heeft gemaakt op de agenten. Naast deze persoonlijke consequenties staan de gevolgen voor de politie als geheel. De politie is essentieel voor het voortbestaan van een veilige samenleving. Zij kan haar werk echter onmogelijk doen als zij moet vrezen voor potentieel dodelijk geweld van degenen die de wet overtreden. De straf in de onderhavige zaak moet tot uitdrukking brengen dat dergelijk geweld op geen enkele wijze kan worden getolereerd.
Het hof heeft bij de strafoplegging voorts in aanmerking genomen dat het om een gewelddadige, goed voorbereide woningoverval gaat. Er is een voorverkenning geweest, de taken zijn van tevoren besproken en er zijn bivakmutsen en geladen vuurwapens meegenomen naar de woning. Ook stond er een vluchtauto klaar. Na de overval zijn de daders gevlucht en is er rond de woning met een (waarschijnlijk) Kalasjnikov en een machinepistool geschoten in de richting van twee politieagenten.
Naar het oordeel van het hof zijn de door verdachte gepleegde feiten zo ernstig en voor de direct betrokkenen en de samenleving zo verontrustend dat alleen een langdurige vrijheidsbenemende straf in aanmerking komt. Het hof erkent dat verdachte tot op zekere hoogte openheid van zaken heeft gegeven en zich ook nu al, in detentie, inspant om na zijn invrijheidstelling zijn leven een andere wending te geven. De strafbare feiten zijn echter te ernstig om deze positieve omstandigheden veel gewicht in de schaal te laten leggen.
Bij de hoogte van de op te leggen gevangenisstraf houdt het hof verder rekening met het feit dat uit een Uittreksel Justitiële Documentatie betreffende verdachte van 28 december 2016 blijkt dat hij vaker is veroordeeld wegens soortelijke feiten, tot onvoorwaardelijke vrijheidsstraffen. Daarnaast is door het gerechtshof Amsterdam in 2010 wegens diefstal met geweld aan verdachte een PIJ-maatregel opgelegd, welke twee maal is verlengd met zes maanden. Kennelijk hebben deze eerdere veroordelingen verdachte er niet van weerhouden wederom strafbare feiten te begaan.
Gelet op al het voorgaande, de aard en de ernst van de feiten, waaronder een poging tot gekwalificeerde doodslag op twee politieagenten, is naar het oordeel van het hof oplegging van een onvoorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van 12 jaar passend en geboden. Het hof mede komt tot een lagere strafoplegging dan de rechtbank, aangezien verdachte in hoger beroep wordt vrijgesproken van de in de zaak met parketnummer 16-661945-14 tenlastegelegde feiten.
Beslag
Het tenlastegelegde en bewezenverklaarde is begaan met betrekking tot de hierna te noemen inbeslaggenomen en nog niet teruggegeven voorwerpen. Zij zullen aan het verkeer worden onttrokken aangezien het ongecontroleerde bezit daarvan in strijd is met het algemeen belang en de wet.
Vordering van de benadeelde partij 768849
De benadeelde partij heeft zich in eerste aanleg in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding. Deze bedraagt € 4.000,00. De vordering is bij het vonnis waarvan beroep toegewezen.
Uit het onderzoek ter terechtzitting is voldoende gebleken dat de benadeelde partij als gevolg van het in de zaak met parketnummer 16-701315-14 onder 3 bewezenverklaarde handelen van verdachte rechtstreeks schade heeft geleden. Verdachte is tot vergoeding van die schade gehouden zodat de vordering zal worden toegewezen.
Om te bevorderen dat de schade door verdachte wordt vergoed, zal het hof de maatregel van artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht opleggen op de hierna te noemen wijze.
Vordering van de benadeelde partij 790441
De benadeelde partij heeft zich in eerste aanleg in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding. Deze bedraagt € 4.000,00. De vordering is bij het vonnis waarvan beroep toegewezen.
Uit het onderzoek ter terechtzitting is voldoende gebleken dat de benadeelde partij als gevolg van het in de zaak met parketnummer 16-701315-14 onder 3 bewezenverklaarde handelen van verdachte rechtstreeks schade heeft geleden. Verdachte is tot vergoeding van die schade gehouden zodat de vordering zal worden toegewezen.
Om te bevorderen dat de schade door verdachte wordt vergoed, zal het hof de maatregel van artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht opleggen op de hierna te noemen wijze.
Toepasselijke wettelijke voorschriften
Deze voorschriften zijn toegepast, zoals zij golden ten tijde van het bewezenverklaarde.
BESLISSING
Het hof:
Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht:
Verklaart niet bewezen dat de verdachte het in de zaak met parketnummer 16-661945-14 onder 1 primair, 1 subsidiair, 1 meer subsidiair, 2 en 3 ten laste gelegde heeft begaan en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Verklaart zoals hiervoor overwogen bewezen dat de verdachte het in de zaak met parketnummer 16-701315-14 onder 1, 2, 3 en 4 ten laste gelegde heeft begaan.
Verklaart niet bewezen hetgeen de verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven is bewezen verklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Verklaart het in de zaak met parketnummer 16-701315-14 onder 1, 2, 3 en 4 bewezen verklaarde strafbaar, kwalificeert dit als hiervoor vermeld en verklaart de verdachte strafbaar.
Veroordeelt de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 12 (twaalf) jaren.
Beveelt dat de tijd die door de verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in enige in artikel 27, eerste lid, of artikel 27a van het Wetboek van Strafrecht bedoelde vorm van voorarrest is doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht, voor zover die tijd niet reeds op een andere straf in mindering is gebracht.
Beveelt de onttrekking aan het verkeer van de in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerpen, te weten:
- geweer
- pistool met geluidsdemper en patroonmagazijn.
Vordering van de benadeelde partij 768849
Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij 768849 ter zake van het in de zaak met parketnummer 16-701315-14 onder 3 bewezen verklaarde tot het bedrag van € 4.000,00 (vierduizend euro) ter zake van immateriële schade en veroordeelt de verdachte die, evenals zijn mededader, hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is, met dien verstande dat indien en voor zover de een aan zijn betalingsverplichting heeft voldaan, de ander daarvan in zoverre zal zijn bevrijd, om dit bedrag tegen een behoorlijk bewijs van kwijting te betalen aan de benadeelde partij.
Verwijst de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Bepaalt dat voormeld toegewezen bedrag aan immateriële schadevergoeding vermeerderd wordt met de wettelijke rente vanaf 12 mei 2014 tot aan de dag der algehele voldoening.
Legt aan de verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd 768849, ter zake van het in de zaak met parketnummer 16-701315-14 onder 3 bewezen verklaarde een bedrag te betalen van € 4.000,00 (vierduizend euro) als vergoeding voor immateriële schade, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 50 (vijftig) dagen hechtenis, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.
Bepaalt dat de verplichting tot betaling van schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer voor de verdachte komt te vervallen indien en voor zover de mededader heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer.
Bepaalt dat, indien de verdachte heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de Staat daarmee de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij in zoverre komt te vervallen en andersom dat, indien de verdachte heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen.
Bepaalt dat indien en voor zover de mededader van de verdachte voormeld bedrag heeft betaald, verdachte in zoverre is bevrijd van voornoemde verplichting tot betaling aan de benadeelde partij of aan de Staat.
Bepaalt dat voormelde betalingsverplichting ter zake van de immateriële schade vermeerderd wordt met de wettelijke rente vanaf 12 mei 2014 tot aan de dag der algehele voldoening.
Vordering van de benadeelde partij 790441
Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij 790441 ter zake van het in de zaak met parketnummer 16-701315-14 onder 3 bewezen verklaarde tot het bedrag van € 4.000,00 (vierduizend euro) ter zake van immateriële schade en veroordeelt de verdachte die, evenals zijn mededader, hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is, met dien verstande dat indien en voor zover de een aan zijn betalingsverplichting heeft voldaan, de ander daarvan in zoverre zal zijn bevrijd, om dit bedrag tegen een behoorlijk bewijs van kwijting te betalen aan de benadeelde partij.
Verwijst de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Bepaalt dat voormeld toegewezen bedrag aan immateriële schadevergoeding vermeerderd wordt met de wettelijke rente vanaf 12 mei 2014 tot aan de dag der algehele voldoening.
Legt aan de verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd 790441, ter zake van het in de zaak met parketnummer 16-701315-14 onder 3 bewezen verklaarde een bedrag te betalen van € 4.000,00 (vierduizend euro) als vergoeding voor immateriële schade, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 50 (vijftig) dagen hechtenis, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.
Bepaalt dat de verplichting tot betaling van schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer voor de verdachte komt te vervallen indien en voor zover de mededader heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer.
Bepaalt dat, indien de verdachte heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de Staat daarmee de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij in zoverre komt te vervallen en andersom dat, indien de verdachte heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen.
Bepaalt dat indien en voor zover de mededader van de verdachte voormeld bedrag heeft betaald, verdachte in zoverre is bevrijd van voornoemde verplichting tot betaling aan de benadeelde partij of aan de Staat.
Bepaalt dat voormelde betalingsverplichting ter zake van de immateriële schade vermeerderd wordt met de wettelijke rente vanaf 12 mei 2014 tot aan de dag der algehele voldoening.
Aldus gewezen door
mr. M.E. van Wees, voorzitter,
mr. G. Mintjes en mr. J.D. den Hartog, raadsheren,
in tegenwoordigheid van mr. I.I.D. Leene, griffier,
en op 7 februari 2017 ter openbare terechtzitting uitgesproken.
Proces-verbaal van het in dezelfde zaak voorgevallene ter openbare terechtzitting van het gerechtshof van 7 februari 2017.
Tegenwoordig:
mr. M.E. van Wees, voorzitter,
mr. A.H.J.M. Damen, advocaat-generaal,
mr. D. Mientjes, griffier.
De voorzitter doet de zaak uitroepen.
De verdachte is niet in de zaal van de terechtzitting aanwezig.
De voorzitter spreekt het arrest uit.
Waarvan is opgemaakt dit proces-verbaal, dat door de voorzitter en de griffier is vastgesteld en ondertekend.
Voetnoten
Voetnoten Uitspraak 07‑02‑2017
Zie pagina 70-92 van het proces-verbaal (verhoor van 16 juli 2014, tactisch dossier) en pagina 100-122 van het proces-verbaal (verhoor van 28 juli 2014, tactisch dossier).
De verklaring van verdachte, afgelegd ter terechtzitting van het hof van 24 januari 2017.
Zie pagina 299-302 van het proces-verbaal (tactisch dossier).
Zie pagina 305-313 van het proces-verbaal (tactisch dossier).
Zie pagina 322-327 van het proces-verbaal (tactisch dossier).
Zie pagina 331-336 van het proces-verbaal (tactisch dossier).
Zie pagina 91 van het proces-verbaal (tactisch dossier).
Zie pagina 92 van het proces-verbaal (tactisch dossier).
Zie pagina 72 van het proces-verbaal (tactisch dossier).
Zie pagina 73 van het proces-verbaal (tactisch dossier).
Zie pagina 78 van het proces-verbaal (tactisch dossier).
Zie pagina 79-80 van het proces-verbaal (tactisch dossier).
Zie pagina 101 van het proces-verbaal (tactisch dossier).
Zie pagina 81 van het proces-verbaal (tactisch dossier).
Zie pagina 390 van het proces-verbaal (tactisch dossier).
Zie pagina 391 van het proces-verbaal (tactisch dossier).
Zie pagina 395 van het proces-verbaal (tactisch dossier).
Zie pagina 396 van het proces-verbaal (tactisch dossier).
Zie pagina 391 van het proces-verbaal (tactisch dossier).
Zie pagina 398-399 van het proces-verbaal (tactisch dossier).
Zie pagina 402 van het proces-verbaal (tactisch dossier).
Zie pagina 403 van het proces-verbaal (tactisch dossier).
Zie pagina 399 van het proces-verbaal (tactisch dossier).
Zie pagina 23 (plattegrond) en pagina 27 van het proces-verbaal (forensisch dossier).
Zie pagina 23 (plattegrond) en pagina 27 van het proces-verbaal (forensisch dossier).
Zie pagina 23 (plattegrond) en pagina 89 van het proces-verbaal (forensisch dossier).
Zie pagina 23 (plattegrond) en pagina 27 van het proces-verbaal (forensisch dossier).
Zie pagina 23 (plattegrond) en pagina 65 (foto) van het proces-verbaal (forensisch dossier).
Zie pagina 23 (plattegrond) en pagina 27 van het proces-verbaal (forensisch dossier).
Zie pagina 23 (plattegrond) en pagina 89 van het proces-verbaal (forensisch dossier).
Zie pagina 23 (plattegrond) en pagina 27-28 van het proces-verbaal (forensisch dossier).
Zie pagina 3 van het proces-verbaal (forensisch dossier).
Zie pagina 474 e.v. van het proces-verbaal (forensisch dossier).
Zie pagina 32 en pagina 36-38 (foto’s) van het proces-verbaal (forensisch dossier).
Zie pagina 477 van het proces-verbaal (forensisch dossier).
Zie pagina 224 van het proces-verbaal (forensisch dossier).
Zie pagina 110 van het proces-verbaal (forensisch dossier).
Zie pagina 31 van het proces-verbaal (forensisch dossier).
Zie pagina 30 van het proces-verbaal (forensisch dossier).
Zie pagina 482-483 van het proces-verbaal (forensisch dossier).
Zie pagina 31 van het proces-verbaal (forensisch dossier).
Zie pagina 30 van het proces-verbaal (forensisch dossier).
Zie pagina 482-483 van het proces-verbaal (forensisch dossier).
Zie pagina 30 en pagina 65 (foto’s) van het proces-verbaal (forensisch dossier).
Zie pagina 88 en 90 en pagina 99 (foto) van het proces-verbaal (forensisch dossier).
Zie pagina 482-483 van het proces-verbaal (forensisch dossier).
Zie pagina 3 van het proces-verbaal (forensisch dossier).
Zie het verhoor van verbalisant 768849 bij de raadsheer-commissaris op 8 september 2016, pagina 4 laatste alinea en de bijbehorende tekening, zoals waargenomen door het hof ter zitting.
Zie het verhoor van verbalisant 790441 bij de raadsheer-commissaris op 8 september 2016, pagina 3, tweede en vijfde alinea, en de bijbehorende luchtfoto, zoals waargenomen door het hof ter zitting.