Einde inhoudsopgave
RvdW 2009, 695
Onrechtmatige daad (gevaarzetting); letselschade treinreiziger na val tussen perron en rijdende trein; toereikende veiligheidsmaatregelen getroffen door spoorbeheerder? Cassatieberoep verworpen met toepassing art. 81 RO.
HR 05-06-2009, ECLI:NL:HR:2009:BH9290
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
5 juni 2009
- Magistraten
Mrs. J.B. Fleers, O. de Savornin Lohman, A.M.J. van Buchem-Spapens, A. Hammerstein, W.D.H. Asser
- Zaaknummer
08/02083
- Conclusie
A-G Spier
- LJN
BH9290
- Vakgebied(en)
Verbintenissenrecht (V)
Verbintenissenrecht / Aansprakelijkheid
Verbintenissenrecht / Overeenkomst
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2009:BH9290, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 05‑06‑2009
ECLI:NL:PHR:2009:BH9290, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 27‑03‑2009
Essentie
Onrechtmatige daad (gevaarzetting); letselschade treinreiziger na val tussen perron en rijdende trein; toereikende veiligheidsmaatregelen getroffen door spoorbeheerder? Cassatieberoep verworpen met toepassing art. 81 RO.
Partij(en)
[Eiser], wonende te [woonplaats], eiser tot cassatie, adv. mr. M.J. van Basten Batenburg,
tegen
Prorail B.V., gevestigd te Utrecht, verweerster in cassatie, adv. mr. R.S. Meijer.
Voorgaande uitspraak
Hoge Raad:
1. Het geding in feitelijke instanties
[Eiser] heeft bij exploot van 4 september 2006
ProRail gedagvaard voor de rechtbank Utrecht en gevorderd, kort gezegd, te verklaren voor recht dat ProRail jegens hem volledig aansprakelijk is voor de door hem geleden en nog te ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.