Verdrag inzake de niet-verspreiding van kernwapens
Aanhef
Geldend
Geldend vanaf 05-03-1970
- Bronpublicatie:
01-07-1968, Trb. 1968, 126 (uitgifte: 15-10-1968, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
05-03-1970
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
23-07-1970, Trb. 1970, 118 (uitgifte: 01-01-1970, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Verdragenrecht
Internationaal publiekrecht / Bijzondere onderwerpen
Verdrag van 1 juli 1968
De Staten die dit Verdrag sluiten, hierna te noemen de partijen bij het Verdrag,
Overwegend de rampspoed, die over de gehele mensheid zou komen als gevolg van een nucleaire oorlog en de daaruit voortvloeiende noodzaak alles te doen om het gevaar van een zodanige oorlog af te wenden en maatregelen te treffen ter waarborging van de veiligheid der volkeren;
Van mening, dat de verspreiding van kernwapens de kans op een nucleaire oorlog ernstig zou vergroten;
In overeenstemming met resoluties van de Algemene Vergadering der Verenigde Naties, waarin wordt aangedrongen op het sluiten van een overeenkomst inzake het voorkomen van een verdere verspreiding van kernwapens;
Zich ertoe verbindend samen te werken bij het bevorderen van de toepassing van de waarborgen der Internationale Organisatie voor Atoomenergie voor vreedzame kernenergie-activiteiten;
Uitdrukking gevend aan hun steun aan het onderzoek, de ontwikkeling en andere activiteiten gericht op het bevorderen van de toepassing binnen het stelsel van waarborgen van de Internationale Organisatie voor Atoomenergie, van het beginsel van doeltreffende controle op de circulatie van basismaterialen en bijzondere splijtbare materialen door gebruikmaking van instrumenten en andere technieken op bepaalde strategische punten;
Bevestigend het beginsel, dat de voordelen van de vreedzame toepassingen van de nucleaire technologie, met inbegrip van alle technologische nevenprodukten verkregen door kernwapenstaten uit de ontwikkeling van nucleaire explosiemiddelen, voor vreedzame doeleinden ter beschikking dienen te staan aan alle partijen, zowel kernwapenstaten als niet-kernwapenstaten;
Overtuigd, dat ter bevordering van dit beginsel alle partijen bij dit Verdrag het recht hebben om deel te nemen aan een zo uitgebreid mogelijke uitwisseling van wetenschappelijke gegevens ten behoeve van, en om afzonderlijk dan wel in samenwerking met andere staten bij te dragen tot, de verdere ontwikkeling van de toepassingen van atoomenergie voor vreedzame doeleinden;
Verklarend dat zij voornemens zijn aan de kernbewapeningswedloop zo spoedig mogelijk een einde te maken en doeltreffende maatregelen te nemen in de richting van nucleaire ontwapening;
Aandringend op de medewerking van alle Staten ter verwezenlijking van dit doel;
Herinnerend aan de door de partijen bij het gedeeltelijk Kernstopverdrag van 1963 in de preambule van dat Verdrag tot uitdrukking gebrachte vastbeslotenheid om te streven naar de beëindiging voor altijd van alle proefexplosies van kernwapens en om tot dat doel de onderhandelingen voort te zetten;
Verlangend de internationale spanning te verminderen en het vertrouwen tussen de Staten te vergroten ten einde de mogelijkheden te verbeteren voor de stopzetting van de vervaardiging van kernwapens, de liquidatie van alle bestaande voorraden kernwapens en verwijdering van kernwapens en hun overbrengingsmiddelen uit de nationale arsenalen overeenkomstig een verdrag inzake algemene en volledige ontwapening onder strenge en doeltreffende internationale controle;
Eraan herinnerend dat Staten zich, in overeenstemming met het Handvest der Verenigde Naties, in hun internationale betrekkingen moeten onthouden van bedreiging met of gebruik van geweld tegen de territoriale integriteit of politieke onafhankelijkheid van enige Staat, of op enige andere wijze die onverenigbaar is met de doeleinden van de Verenigde Naties, en dat de totstandbrenging en handhaving van de internationale vrede en veiligheid dienen te worden bevorderd met een zo gering mogelijke aanwending van de menselijke en economische hulpbronnen van de wereld voor bewapening;
Zijn overeengekomen als volgt:
Verdragpartijgroep