NJ 2021/194
Procesrecht. Hoger beroep vonnis kantonrechter; appellabiliteit. Compensatie wegens vertraging vluchten.
Hof Amsterdam 08-10-2019, ECLI:NL:GHAMS:2019:3623
- Instantie
Hof Amsterdam
- Datum
8 oktober 2019
- Magistraten
Mrs. J.W. Hoekzema, A.W.H. Vink, M. Spanjaart
- Zaaknummer
200.246.587/01
- Noot
Red. Aant.
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS270558:1
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Burgerlijk procesrecht / Hoger beroep
- Brondocumenten
ECLI:NL:GHAMS:2019:3623, Uitspraak, Hof Amsterdam, 08‑10‑2019
- Wetingang
Art. 332 lid 1 Rv; Verordening (EG) nr. 261/2004
Essentie
Procesrecht. Hoger beroep vonnis kantonrechter; appellabiliteit. Compensatie wegens vertraging vluchten.
Samenvatting
Het gaat hier niet om objectieve cumulatie (waarbij één eiser meerdere vorderingen instelt), maar om subjectieve cumulatie (waarbij meerdere eisers vorderingen instellen), en de verschillende vorderingen van de verschillende passagiers, elk voor een bedrag van € 600, kunnen dan niet bij elkaar worden opgeteld om zo boven de appellabiliteitsgrens te komen. Qatar Airways is niet-ontvankelijk in het hoger beroep.
Partij(en)
De vennootschap naar vreemd recht Qatar Airways (Q.C.S.C.), te Doha, Qatar, appellante, adv.: mr. S.D. Arnold, te Bussum,
tegen
- 1.
[geïntimeerde sub 1] voor zich en als wettelijk ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.