NJF 2021/186
Informatieverplichting verzekeraar bij beleggingsverzekering Flexibel Verzekerd Beleggen. Prejudiciële vragen aan Hoge Raad over de verhouding tussen de Derde Levensrichtlijn en de civielrechtelijke open normen.
Hof Den Haag 23-02-2021, ECLI:NL:GHDHA:2021:302
- Instantie
Hof Den Haag
- Datum
23 februari 2021
- Magistraten
Mrs. M.M. Olthof, A.J.M.E. Arpeau, J.M. van der Klooster
- Zaaknummer
200.225.941/01
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Verzekeringsrecht / Verzekeringsovereenkomst
Verzekeringsrecht / Europees verzekeringsrecht
Verbintenissenrecht / Overeenkomst
Verzekeringsrecht / Sommenverzekering
- Brondocumenten
ECLI:NL:GHDHA:2021:302, Uitspraak, Hof Den Haag, 23‑02‑2021
ECLI:NL:GHDHA:2020:543, Uitspraak, Hof Den Haag, 31‑03‑2020
ECLI:NL:GHDHA:2018:3560, Uitspraak, Hof Den Haag, 18‑12‑2018
- Wetingang
Derde Levensrichtlijn
Essentie
Informatieverplichting verzekeraar bij beleggingsverzekering Flexibel Verzekerd Beleggen. Prejudiciële vragen aan Hoge Raad over de verhouding tussen de Derde Levensrichtlijn en de civielrechtelijke open normen.
Samenvatting
Deze uitspraak is een vervolg op ECLI:NL:GHDHA:2020:543 waarin het hof heeft voorgesteld aan partijen om prejudiciële vragen te stellen aan de Hoge Raad over in het verleden (1992-2008) door Nationale Nederlanden verkochte beleggingsverzekeringen aan particulieren, genaamd de Flexibel Verzekerd Beleggen (FVB-verzekeringen). Deze verzekeringen werken volgens het Universal Life Principe hetgeen inhoudt dat de bruto premie helemaal wordt belegd en dat vervolgens vanuit de beleggingen de kosten en de risicopremies worden voldaan ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.