BNB 2019/123
Tijdigheid verzoek om teruggaaf omdat vergoeding niet is ontvangen
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
7 juni 2019
- Magistraten
Mrs. Koopman, Punt, Van Kalmthout, Van Hilten, Faase
- Zaaknummer
17/04083
- Conclusie
A-G Ettema
- Noot
C.J. Hummel
- Folio weergave
- JCDI
JCDI:ADS70196:1
- Vakgebied(en)
Omzetbelasting / Aftrek en teruggaaf
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2019:858, Uitspraak, Hoge Raad, 07‑06‑2019
Beroepschrift, Hoge Raad, 28‑09‑2018
ECLI:NL:PHR:2018:1080, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 28‑09‑2018
- Wetingang
Art. 29 lid 1 onderdeel a (oud) en art. 31 Wet OB 1968
Essentie
Tijdigheid verzoek om teruggaaf omdat vergoeding niet is ontvangen
Samenvatting
Belanghebbende verhuurde een onroerende zaak. Bij die verhuur hadden belanghebbende en de huurder voor de omzetbelasting gebruik gemaakt van de optie voor belaste verhuur. Uit dien hoofde had belanghebbende een vordering op de huurder. Op 26 april 2012 hebben belanghebbende en de huurder een vaststellingsovereenkomst gesloten waarin afspraken zijn neergelegd over de op dat moment openstaande huurvordering. Op die datum stond vast dat de reeds vervallen en de toekomstige huurtermijnen niet zouden worden betaald. Belanghebbende is op 24 april 2014 failliet verklaard. De curator in het faillissement van belanghebbende ...