Einde inhoudsopgave
Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1189/2011 tot vaststelling van nadere voorschriften voor sommige bepalingen van Richtlijn 2010/24/EU betreffende de wederzijdse bijstand inzake de invordering van schuldvorderingen die voortvloeien uit belastingen, rechten en andere maatregelen
Artikel 12
Geldend
Geldend vanaf 17-11-2017
- Bronpublicatie:
27-10-2017, PbEU 2017, L 279 (uitgifte: 28-10-2017, regelingnummer: 2017/1966)
- Inwerkingtreding
17-11-2017
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
27-10-2017, PbEU 2017, L 279 (uitgifte: 28-10-2017, regelingnummer: 2017/1966)
- Vakgebied(en)
Europees belastingrecht / Richtlijnen EU
Europees belastingrecht / Administratieve bijstand en invordering
Invordering (V)
Europees belastingrecht (V)
1.
De aangezochte autoriteit geeft zo spoedig mogelijk, maar uiterlijk zeven kalenderdagen na ontvangst, kennis van de ontvangst van het verzoek tot notificatie.
Bij ontvangst van het verzoek tot notificatie neemt de aangezochte autoriteit de nodige maatregelen om de notificatie te verrichten overeenkomstig de geldende wetgeving in de lidstaat waar zij is gevestigd.
Indien nodig verzoekt de aangezochte autoriteit, onverminderd de in het verzoek tot notificatie vermelde uiterste datum voor de notificatie, de verzoekende autoriteit om aanvullende gegevens.
De verzoekende autoriteit verstrekt alle aanvullende gegevens waartoe zij normaal toegang heeft.
2.
De aangezochte autoriteit deelt de verzoekende autoriteit de datum en de wijze van notificatie mee zodra deze is verricht, door in het verzoekformulier dat aan de verzoekende autoriteit wordt teruggezonden, de notificatie te bevestigen.