JAR 2016/131
Procesrecht in hoger beroep. Rechtsregel dat hof de spoedeisendheid van de zaak moet beoordelen ziet niet op de proceskostenveroordeling.
HR 15-04-2016, ECLI:NL:HR:2016:661
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
15 april 2016
- Magistraten
Mrs. F.B. Bakels, A.H.T. Heisterkamp, G. Snijders, M.V. Polak, T.H. Tanja-van den Broek
- Zaaknummer
14/06323
- Vakgebied(en)
Civiel recht algemeen (V)
Arbeidsrecht (V)
Arbeidsrecht / Arbeidsovereenkomstenrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2016:661, Uitspraak, Hoge Raad, 15‑04‑2016
ECLI:NL:PHR:2016:9, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 22‑01‑2016
- Wetingang
Art. 7:628 BW
Essentie
[Eiser] heeft zich jegens [A] een door [verweerder] in stand geëxploiteerde eenmanszaak verbonden om in payrollverband tegen betaling werkzaamheden te verrichten. Volgens het contract zou [B] de beloning uitbetalen. Wanneer de betaling achterwege blijft, stelt [eiser] een loonvordering in jegens zowel [verweerder] als [B]. De kantonrechter heeft in kort-geding de vordering toegewezen. Naar het oordeel van de kantonrechter was sprake van een arbeidsovereenkomst tussen [eiser] en [verweerder] en had [B] zich uit hoofde van die arbeidsovereenkomst hoofdelijk verbonden tot betaling van loon. Verweerder is in verzet gekomen tegen het verstekvonnis en de kantonrechter heeft het vonnis bekrachtigd. Vervolgens wordt ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.