Einde inhoudsopgave
RvdW 2021/1138
Beklag, beslag ex art. 94a Sv onder klaagster op woning van een derde beslagene (echtgenoot van klaagster) t.z.v. verdenking van witwassen en deelname aan criminele organisatie, welke woning in overleg met OM is verkocht onder de voorwaarde dat de overwaarde zou worden gestort op de rekening van OM. Rb heeft klaagster n-o verklaard omdat bij een zekerheidstelling a.b.i. art. 118a Sv het beslag eindigt ex art. 134 lid 2 sub a Sv. Was er sprake van zekerheidsstelling? HR: art. 81 lid 1 RO.
HR 16-11-2021, ECLI:NL:HR:2021:1696
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
16 november 2021
- Magistraten
Mrs. V. van den Brink, A.L.J. van Strien, M.J. Borgers
- Zaaknummer
20/03034
- Conclusie
A-G mr. T.N.B.M. Spronken
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Strafprocesrecht / Voorfase
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2021:1696, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 16‑11‑2021
ECLI:NL:PHR:2021:879, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 28‑09‑2021
Essentie
Beklag, beslag ex art. 94a Sv onder klaagster op woning van een derde beslagene (echtgenoot van klaagster) t.z.v. verdenking van witwassen en deelname aan criminele organisatie, welke woning in overleg met OM is verkocht onder de voorwaarde dat de overwaarde zou worden gestort op de rekening van OM. Rb heeft klaagster n-o verklaard omdat bij een zekerheidstelling a.b.i. art. 118a Sv het beslag eindigt ex art. 134 lid 2 sub a Sv. Was er sprake van zekerheidsstelling? HR: art. 81 lid 1 RO.
Partij(en)
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
STRAFKAMER
Nummer ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.